Spring naar inhoud

Jaarrekening

1. Geconsolideerde balans per 31 december 2022

(Bedragen x € 1.000, voor resultaatbestemming)

  ACTIVA 31-12-2022 31-12-2021
 Ref. VASTE ACTIVA    
M1102 Vastgoedbeleggingen    
M11028 DAEB vastgoed in exploitatie 891.410 818.652
M11020 Niet-DAEB vastgoed in exploitatie 438.454 432.913
M11024 Onroerende zaken – Kopen naar Wens 61.809 65.183
M11021 Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie 6.417 23.259
    1.398.090 1.340.007
M1102 Materiële vaste activa    
M11022 Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie 9.346 9.101
    9.346 9.101
M1103 Financiële vaste activa    
M11033 Andere deelnemingen 2 2
M11035 Latente belastingvordering(en) - 4.727
M11039 Overige vorderingen 28.926 35.996
    28.928 40.725
       
    1.436.364 1.389.833
       
  VLOTTENDE ACTIVA    
       
M1112 Vorderingen    
M11120 Huurdebiteuren 330 486
M11164 Belastingen en premies sociale verzekeringen 5.222 657
M11126 Overige vorderingen 847 533
M11127 Overlopende activa 211 178
    6.610 1.854
       
M1114 Liquide middelen 32.548 15.100
       
    39.158 16.954
       
  TOTAAL 1.475.522 1.406.787

(Bedragen x € 1.000, voor resultaatbestemming)

  PASSIVA 31/12/2022 31/12/2021
Ref. VERMOGEN LANG    
M1105 Eigen vermogen    
M11053 Herwaarderingsreserve 764.070 705.422
M11053 Overige reserve 342.087 273.205
M11054 Resultaat boekjaar 86.453 127.530
    1.192.610 1.106.157
       
M1107 Voorzieningen    
M11072 Latente belastingverplichtingen  2.259  -
M11073 Voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen  315  -
M11074 Overige voorzieningen 217 249
     2.791   249 
       
M1108 Langlopende schulden    
M11081 Schulden/leningen kredietinstellingen 234.467 237.652
M11084 Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken - Kopen naar Wens 34.561 35.632
M11083 Overige schulden 683 15.362
    269.711 288.646
       
    1.465.112 1.395.052
       
  VERMOGEN KORT    
M1116 Kortlopende schulden    
M11160 Schulden aan kredietinstellingen 2.961 3.283
M11162 Schulden aan leveranciers 1.393 1.058
M11164 Belastingen en premies sociale verzekeringen 1.345 2.705
M11167 Overige schulden 561 639
M11168 Overlopende passiva 4.150 4.050
    10.410 11.735
       
  TOTAAL 1.475.522 1.406.787

2. Geconsolideerde winst- en verliesrekening over 2022

(Bedragen x € 1.000) volgens het functioneel model

    2022 2021
Ref. EXPLOITATIE VASTGOEDPORTEFEUILLE    
  Huuropbrengsten 51.307 50.063
  Opbrengsten servicecontracten 1.873 1.730
  Lasten servicecontracten -1.873 -1.730
  Lasten verhuur en beheeractiviteiten -4.944 -4.703
  Lasten onderhoudsactiviteiten -15.705 -14.593
  Overige directe operationele lasten exploitatie bezit -6.475 -6.892
  Netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille 24.183 23.875
       
  VERKOOP VASTGOEDPORTEFEUILLE    
  Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille 26.928 19.337
  Toegerekende organisatiekosten -717 -903
  Boekwaarde verkochte vastgoedportefeuille -20.214 -12.308
  Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille 5.997 6.126
       
  NIET-GEREALISEERDE WAARDEVERANDERINGEN VASTGOEDPORTEFEUILLE    
  Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille 149 4.584
  Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille 67.907 96.968
  Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarde -12.398 7.464
  Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille bestemd voor verkoop - -
  Waardeveranderingen vastgoedportefeuille 55.658 109.016
       
  OVERIGE ACTIVITEITEN    
  Opbrengst overige activiteiten 117 94
  Kosten overige activiteiten -111 -89
  Netto resultaat overige activiteiten 6 5
       
  Overige organisatiekosten -2.269 -6.049
  Leefbaarheid -620 -637
  FINANCIELE BATEN EN LASTEN    
  Rentebaten en soortgelijke opbrengsten 15.112 3.273
  Rentelasten en soortgelijke kosten -6.554 -6.540
  Saldo financiële baten en lasten 8.558 -3.267
       
  RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING VOOR BELASTINGEN 91.513 129.069
  Belastingen -5.064 -3.543
  Resultaat deelnemingen 4 2.004
  RESULTAAT NA BELASTINGEN (TOTAALRESULTAAT) 86.453 127.530

3. Geconsolideerd kasstroomoverzicht 2022

Volgens de directe methode

(Bedragen x € 1.000)

    2022 2021
  KASTROOM UIT OPERATIONELE ACTIVITEITEN    
  Ontvangsten    
  Huren 51.050 50.173
  Vergoedingen 2.008 2.041
  Overheidsontvangsten - -
  Renteontvangsten 135 38
  Overige bedrijfsontvangsten 17 272
    53.210 52.524
  Uitgaven    
  Erfpacht -2 -
  Personeelsuitgaven -6.928 -6.475
  Onderhoudsuitgaven -11.801 -10.881
  Overige bedrijfsuitgaven -9.337 -9.502
  Renteuitgaven -6.574 -6.578
  Sectorspecifieke heffing onafhankelijk van resultaat -142 -160
  Verhuurderheffing 494 -4.807
  Leefbaarheid (externe uitgaven niet investerings­gebonden) -180 -230
  Vennootschapsbelasting -2.718 -3.673
    -37.188 -42.306
  KASSTROOM UIT OPERATIONELE ACTIVITEITEN 16.022 10.218
       
  KASSTROOM UIT INVESTERINGSACTIVITEITEN    
  Materiële vaste activa - ingaande kasstroom    
  Verkoopontvangsten bestaande huur, woon- en niet woongelegenheden 23.791 17.147
  Verkoopontvangsten na inkoop (verkocht onder voorwaarden) - -
  Verkoopontvangsten nieuwbouw, woon- en niet woongelegenheden - -
  Verkoopontvangsten grond en overig - -
    23.791 17.147
  Materiële vaste activa - uitgaande kasstroom    
  Nieuwbouw huur, woon- en niet woongelegenheden -10.135 -20.431
  Nieuwbouw koop, woon- en niet woongelegenheden - -
  Woningverbetering, woon- en niet woongelegenheden -7.362 -8.449
  Aankoop woongelegenheden -1.409 -271
  Aankoop woongelegenheden (VOV) voor doorverkoop - -
  Investeringen overig -306 -70
    -19.212 -29.221
  Financiële vaste activa - in en -uitgaande kasstroom    
  - Ontvangsten verbindingen en overig 25 1.996
  - Uitgaven verbindingen en overig - -
    25 1.996
       
  KASSTROOM UIT INVESTERINGSACTIVITEITEN 4.604 -10.078
       
  FINANCIERINGSACTIVITEITEN    
  Opgenomen door WSW geborgde leningen 20.000 11.569
  Opgenomen niet door WSW geborgde leningen -  
  Aflossing door WSW geborgde leningen -22.946 -2.786
  Aflossing niet door WSW geborgde leningen -232 -6.391
       
  KASSTROOM UIT FINANCIERINGSACTIVITEITEN -3.178 2.392
       
  MUTATIE LIQUIDE MIDDELEN 17.448 2.532
  WIJZIGING KORTGELDMUTATIES (Collateral (margin call verplichting)) - -
       
  Liquide middelen begin periode 15.100 12.568
  Liquide middelen eind periode 32.548 15.100
  MUTATIE LIQUIDE MIDDELEN 17.448 2.532

4. Algemene toelichting

4.1. Toegelaten instelling

Stichting Dudok Wonen (KvK-nummer 32023773), statutair gevestigd te Hilversum, Larenseweg 32, is een stichting met de status van toegelaten instelling conform artikel 19 eerste lid van de Woningwet. Zij is werkzaam binnen de juridische wetgeving vanuit de Woningwet en het Besluit Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting (BTIV). 

4.2. Toegepaste standaarden

Conform de in het Besluit toegelaten instellingen volkshuisvesting 2015 geformuleerde eisen voor toegelaten instellingen is de jaarrekening opgesteld volgens de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek behoudens enige uitzonderingen van specifieke aard, alsmede in overeenstemming met de beleidsregels Wet normering bezoldiging topfunctionarissen. In de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving is Richtlijn 645 Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting opgenomen die nadere interpretatie geeft aan de in Titel 9 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek opgenomen voorschriften. In deze richtlijn zijn onder meer specifieke modellen voor de balans en winst-en-verliesrekening opgenomen. Richtlijn 645 geeft uitsluitend regels voor sectorspecifieke aangelegenheden. Voor de overige aangelegenheden zijn de algemeen geldende richtlijnen van toepassing.

4.3. Continuïteit

Deze jaarrekening is opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling.

Dudok Wonen wordt in haar bedrijfsvoering geconfronteerd met diverse regeringsmaatregelen, waar het beleid op is en wordt aangepast. 

De crisis veroorzaakt door het Coronavirus (COVID-19) zal ook voor de toekomst impact hebben. Bijvoorbeeld ten aanzien van ons investeringsprogramma waarbij we ook sterk afhankelijk zijn van anderen zoals bouwers, gemeenten en in het geval van renovatie ook onze huurders. Op het moment van schrijven is nog onduidelijk wat de impact precies zal zijn. De huidige inschatting is dat dit voor 2022 niet zal leiden tot onoverkomelijke financiële problemen.

Dudok Wonen blijft voldoen aan kengetallen zoals die door sectorinstituten en relevante externe partijen gehanteerd worden en relevant zijn voor het behouden van toegang tot de kapitaalmarkt. Dit doet zij doordat een meerjarenbeleid is vastgesteld met extra aandacht voor onderhoud, waaronder veiligheidsaspecten van het vastgoed en verduurzaming op korte- en lange termijn. Een kritische Prestatie Indicator is: Alle woningen zijn en blijven veilig, schoon en heel, op ieder moment in de Levenscyclus’. Hierdoor zal ook op de lange termijn de waarde van het vastgoed behouden blijven.

Conclusie:
Bovenstaande betekent dat het de verwachting van het bestuur is dat Dudok Wonen zal kunnen blijven voldoen aan de in de sector gebruikelijke (financiële) kengetallen. Op grond hiervan is de jaarrekening opgesteld uitgaande van de continuïteitsveronderstelling.

4.4. Grondslagen voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling

De grondslagen die worden toegepast voor de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling zijn gebaseerd op historische kosten of op actuele waarde. Voor zover niet anders is vermeld, worden activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde.

Een actief wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen naar Dudok Wonen zullen toevloeien en de waarde daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld. 

Een verplichting wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de afwikkeling daarvan gepaard zal gaan met een uitstroom van middelen en de omvang van het bedrag daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld.

In de jaarrekening worden naast juridische verplichtingen tevens feitelijke verplichtingen verantwoord, die kunnen worden gekwantificeerd als ‘intern geformaliseerd en extern gecommuniceerd’. Een feitelijke verplichting is gekoppeld aan het besluitvorming- en communicatieproces rondom projectontwikkeling en renovatie.

Indien een transactie ertoe leidt dat nagenoeg alle of alle toekomstige economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico’s met betrekking tot een actief of verplichting aan een derde zijn overgedragen, wordt het actief of de verplichting niet langer op de balans opgenomen. Verder worden activa en verplichtingen niet meer op de balans opgenomen vanaf het tijdstip waarop niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden van waarschijnlijkheid van de toekomstige economische voordelen en betrouwbaarheid van de bepaling van de waarde.

De opbrengsten en kosten worden toegerekend aan de periode waarop zij betrekking hebben. Opbrengst wordt verantwoord indien alle belangrijke risico’s met betrekking tot de transactie zijn overgedragen aan de koper.

De jaarrekening wordt gepresenteerd in euro’s (bedragen x € 1.000). Alle financiële informatie in euro’s is afgerond op het dichtstbijzijnde duizendtal, tenzij anders vermeld.

4.4.1 Gebruik van schattingen

De opstelling van de jaarrekening vereist dat het management oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien en in toekomstige perioden waarvoor de herziening gevolgen heeft.

De volgende waarderingsgrondslagen zijn naar de mening van het management het meest kritisch voor het weergeven van de financiële positie en vereisen schattingen en veronderstellingen:

  • Vastgoedbeleggingen, marktwaarde in verhuurde staat: DAEB vastgoed in exploitatie en het niet-DAEB vastgoed in exploitatie worden gewaardeerd tegen marktwaarde in verhuurde staat met inachtneming van de relevante feiten en omstandigheden van de markt waarop de toegelaten instelling actief is. De aannames aangaande de geprognosticeerde kasstromen zijn gebaseerd op de contractuele verplichtingen van Dudok Wonen die rusten op het vastgoed. De overige (na de contractperiode in acht te nemen) aannames en uitgangspunten zijn gebaseerd op gegevens van de markt waarop de toegelaten instelling actief is. Dudok Wonen hanteert het waardebegrip van de marktwaarde in verhuurde staat: Het bedrag dat het waarderingscomplex bij complexgewijze verkoop naar schatting zal opbrengen nadat de verkoper het complex na de beste voorbereiding op de gebruikelijke wijze in de markt heeft aangeboden en waarbij de koper de onroerende zaak aanvaardt onder gestanddoening van de lopende huurovereenkomsten met alle daaraan verbonden rechten en plichten. In de waardering is een groot aantal schattingselementen opgenomen. Voor de woningen en parkeerplaatsen zijn de aannames en uitgangspunten van de basiswaardering in het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde 2020 gehanteerd. Voor de gehanteerde aannames en uitgangspunten (inclusief de disconteringsvoet) bij de waardering van het bedrijfsmatig en maatschappelijk vastgoed is door een externe taxateur een taxatierapport met betrekking tot de marktconformiteit afgegeven.
  • Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie: bepaling van het moment van aangaan van de feitelijke verplichtingen inzake investeringen nieuwbouw, woningverbetering en renovatie ten behoeve van het bepalen en treffen van een voorziening voor onrendabele investeringen. Voornoemde verplichtingen worden in de jaarrekening verwerkt op het moment dat deze kunnen worden gekwalificeerd als ‘intern geformaliseerd en extern gecommuniceerd’. Hiervan is sprake wanneer uitingen door Dudok Wonen zijn gedaan richting huurders, gemeenten en overige stakeholders aangaande verplichtingen inzake toekomstige nieuwbouw-, woningverbetering of renovatieprojecten. Een feitelijke verplichting is gekoppeld aan het besluitvormingsproces van Dudok Wonen. De financiële impact van voornoemde feitelijke verplichtingen kan afwijken bij daadwerkelijke realisatie. De realisatie kan onder meer wijzigen als gevolg van wettelijke procedures, aanpassingen in voorgenomen bouwproductie en in prijsniveau van leveranciers.
  • Aannames en veronderstellingen gehanteerd bij de bepaling van de belastingpositie (inclusief latente belastingpositie). Dit betreft met name de uitgangspunten en veronderstellingen met betrekking tot de voor de waardering van de belastingpositie gehanteerde prognose van toekomstige verwachte fiscale resultaten.

4.5. Grondslagen voor consolidatie

De geconsolideerde jaarrekening omvat de financiële gegevens van Dudok Wonen en haar groepsmaatschappijen en andere rechtspersonen waarop overheersende zeggenschap kan worden uitgeoefend dan wel waarover de centrale leiding bestaat. Groepsmaatschappijen zijn deelnemingen waarin Dudok Wonen een meerderheidsbelang heeft, of waarin op een andere wijze een beleidsbepalende invloed kan worden uitgeoefend. Bij de bepaling of beleidsbepalende invloed kan worden uitgeoefend, worden financiële instrumenten die potentiële stemrechten bevatten en direct kunnen worden uitgeoefend, betrokken.

Nieuw verworven deelnemingen worden in de consolidatie betrokken vanaf het tijdstip waarop beleidsbepalende invloed kan worden uitgeoefend. Afgestoten deelnemingen worden in de consolidatie betrokken tot het tijdstip van beëindiging van deze invloed.

In de geconsolideerde jaarrekening zijn de onderlinge schulden, vorderingen en transacties geëlimineerd, evenals de binnen de groep gemaakte winsten en verliezen.

De groepsmaatschappijen zijn integraal geconsolideerd. 

In de consolidatie worden deelnemingen tegen nettovermogenswaarde opgenomen voor zover eenzelfde invloed op het beleid kan worden uitgeoefend als door elk der overige participanten (joint venture accounting).

De in de consolidatie begrepen rechtspersonen en vennootschappen zijn:

GECONSOLIDEERDE ENTITEITEN    
Volledig geconsolideerd Statutaire zetel (Indirect) kapitaalbelang
Goois Wonen B.V. Hilversum 100% (D)
Dudok Ontwikkeling B.V. Hilversum 100% (D)

De geconsolideerde entiteiten hebben de volgende activiteiten:

  • Goois Wonen B.V.: het beleggen van vermogen en beheer en verhuur van onroerend goed.
  • Dudok Ontwikkeling B.V.: het realiseren van (huur)woningen.

De Verenigingen van Eigenaren (VvE’s) waarin Dudok Wonen participeert zijn niet geconsolideerd. Voor de VvE’s waarin Dudok Wonen met 50% of meer participeert wordt er een beroep gedaan op artikel 407 lid 1a ‘gezamenlijke betekenis te verwaarlozen is op het geheel’. Consolidatie van de belangen in de VvE’s heeft overigens geen gevolgen voor het eigen vermogen van Dudok Wonen.

Dudok Wonen of haar groepsmaatschappijen participeren in 92 actieve VvE’s (94 actieve VvE’s in 2021). Deze participaties vloeien voort uit het gevoerde beleid om woningen uit de bestaande voorraad te verkopen.

4.6. Presentatiewijzigingen

In 2022 is de heffingsvermindering verhuurderheffing verantwoord als een investeringssubsidie. In voorgaande jaren werd de heffingsvermindering gesaldeerd met de verschuldigde verhuurderheffing verantwoord onder de Overige directe operationele lasten exploitatie bezit. Aanleiding hiervoor is de uitspraak van de Hoge Raad van 8 juli 2022.

In 2022 is het Effect van in contracten afgeleide instrumenten verantwoord onder de Rentebaten en soortgelijke opbrengsten. In voorgaande jaren was deze verantwoord onder de Rentelasten en soortgelijke kosten

4.7. Stelselwijziging

Er hebben in 2022 geen stelselwijzigingen plaatsgevonden.

4.8. Financiële instrumenten

Financiële instrumenten omvatten investeringen in aandelen en obligaties, handels- en overige vorderingen, geldmiddelen, leningen en overige financieringsverplichtingen, handelsschulden en overige te bepalen posten.

Financiële instrumenten omvatten tevens in contracten besloten afgeleide financiële instrumenten (derivaten). Financiële instrumenten worden bij de eerste opname verwerkt tegen reële waarde. In contracten besloten financiële instrumenten die niet worden gescheiden van het basiscontract, worden verwerkt in overeenstemming met het basiscontract. Na de eerste opname worden financiële instrumenten op de hierna beschreven manier gewaardeerd.

4.8.1 Verstrekte leningen en overige vorderingen

Verstrekte leningen en overige vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve-rentemethode, verminderd met bijzondere waardeverminderings-verliezen.

4.8.2 Dividenden

Dividenden worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord op het moment dat deze betaalbaar zijn gesteld.

4.8.3 Langlopende en kortlopende schulden en overige financiële verplichtingen

Langlopende en kortlopende schulden en overige financiële verplichtingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde en na eerste opname gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieverentemethode.

De aflossingsverplichtingen voor het komend jaar van de langlopende schulden worden opgenomen onder kortlopende schulden.

4.8.4 Afgeleide financiële instrumenten

Afgeleide instrumenten worden gewaardeerd op kostprijs of lagere marktwaarde, tenzij hedge accounting onder het kostprijs hedge model wordt toegepast.

Indien afgeleide instrumenten niet langer voldoen aan de voorwaarden voor ‘hedge accounting’, aflopen of worden verkocht of wanneer de onderneming niet langer kiest voor hedge accounting wordt hedge accounting beëindigd.

Indien kostprijs hedge accounting wordt toegepast vindt eerste waardering plaats tegen reële waarde. Zolang het afgeleide instrument betrekking heeft op afdekking van het specifieke risico van de toekomstige transactie die naar verwachting zal plaatsvinden, vindt geen herwaardering van dit instrument plaats. Zodra de verwachte toekomstige transactie leidt tot verantwoording in de winst-en-verliesrekening, wordt de met het afgeleide instrument samenhangende winst of het met het afgeleide instrument samenhangende verlies eveneens in de winst-en-verliesrekening verwerkt.

Indien afgeleide instrumenten aflopen of worden verkocht, worden de afdekkingsrelaties beëindigd. De cumulatieve winst die of het cumulatieve verlies dat tot dat moment nog niet in de winst-en-verliesrekening was verwerkt, wordt als overlopende post in de balans opgenomen totdat de afgedekte transacties plaatsvinden. Indien de transacties naar verwachting niet meer plaatsvinden, wordt de cumulatieve winst of het cumulatieve verlies overgeboekt naar de winst-en-verliesrekening.

Dudok Wonen documenteert de hedge relaties in specifieke hedge documentatie en toetst periodiek de effectiviteit van de hedge relaties door vast te stellen dat er sprake is van een effectieve hedge respectievelijk dat er geen sprake is van overhedges.

Op elke balansdatum bepaalt Dudok Wonen de mate van ineffectiviteit van de combinatie van het afdekkingsinstrument en de afgedekte positie (de hedge relatie). De mate van ineffectiviteit van de hedge relatie wordt vastgesteld door het vergelijken van de kritische kenmerken van het afdekkingsinstrument en de afgedekte positie in de hedge relatie. Dudok Wonen hanteert voor deze vergelijking de volgende kritische kenmerken, omvang, looptijd, afgedekt risico en de wijze van afrekening van het afdekkingsinstrument en afgedekte positie. Indien de kritische kenmerken, beoordeeld in de context van de hedge relatie, aan elkaar gelijk zijn (geweest), is geen sprake (geweest) van ineffectiviteit.

Indien de kritische kenmerken niet aan elkaar gelijk zijn (geweest), is sprake (geweest) van ineffectiviteit. In dat geval vindt de effectiviteitstest plaats door vergelijking van de cumulatieve verandering in reële waarde van een op afsluitdatum gedefinieerd hypothetisch afgeleid instrument, met een reële waarde van nihil op afsluitdatum (als proxy van de afgedekte positie), met de cumulatieve waardeverandering van het werkelijke afgeleide instrument. Indien de laatste een hogere negatieve waarde heeft dan het hypothetisch afgeleide instrument, wordt het verschil als ineffectiviteit in de winst-en-verliesrekening verwerkt.

4.8.5 Derivaten aangehouden voor hedging doeleinden

De rentevoet van lopende en in de toekomst te verwachten zeer waarschijnlijke financieringen is variabel van aard en gebaseerd op 3-maands Euribor. In de analyse van de financiële risico’s heeft de Groep het risico van renteschommelingen onderkend en geconcludeerd dit risico niet zelf te willen dragen doch af te dekken door middel van derivaten.

Voor deze derivaten past Dudok Wonen kostprijshedge accounting toe op basis van generieke documentatie met vastlegging van:

  • de algemene hedgestrategie, hoe de hedgerelaties passen in de doelstellingen van risicobeheer en de verwachting aangaande de effectiviteit van deze hedgerelaties;
  • de in het soort hedgerelatie betrokken hedge-instrumenten en afgedekte posities.

Op het moment van de eerste verantwoording worden deze derivaten gerubriceerd als “Derivaten met toepassing van kostprijshedge-accounting”.

De waardering en resultaatbepaling is als volgt:

  • Op moment van eerste waardering wordt de reële waarde van het derivaat bepaald; over het algemeen is de uitkomst daarvan een nihil-waarde en wordt geen actief- of passiefpost op de balans opgenomen.
  • De vervolgwaardering geschiedt tegen kostprijs of lagere marktwaarde waarbij een lagere waarde in geval van een effectieve hedge relatie voor de waardering en resultaatbepaling niet in aanmerking wordt genomen.
  • Op moment van eerste waardering alsmede tussentijds bij aanpassing van de contractuele afspraken met betrekking tot het derivaat en/of het afgedekte renterisico van de betreffende lening wordt bepaald of sprake is van ineffectiviteit. Daartoe wordt beoordeeld of het referentiebedrag van het derivaat niet groter is dan de omvang van de lening alsmede dat de kritische kenmerken zoals omvang, looptijd, renteherzieningsdata, momenten van betaling van rente en aflossing, basis voor de rentevoet en dergelijke van het derivaat en het afgedekte renterisico aan elkaar gelijk zijn.


Indien de kritische kenmerken niet aan elkaar gelijk zijn of zijn geweest, is dit een indicatie dat de hedge relatie een ineffectief deel bevat dat door middel van de dollar offset methode wordt berekend.

Indien en voor zover de ineffectiviteit per balansdatum op cumulatieve basis in een verlies resulteert, wordt de ineffectiviteit verwerkt in de winst-en-verliesrekening van het betreffende boekjaar. Blijkt op een later moment dat het cumulatieve verlies wegens ineffectiviteit is afgenomen dan wordt deze afname ten gunste van de winst-en-verliesrekening gebracht.

Kostprijshedge-accounting wordt beëindigd indien:

  • Het hedge-instrument afloopt, wordt verkocht, beëindigd of uitgeoefend. Het cumulatieve gerealiseerde resultaat op het hedge-instrument dat nog niet in de winst-en-verliesrekening is verwerkt toen er sprake was van een effectieve hedge, wordt afzonderlijk in de overlopende posten in de balans verwerkt tot de afgedekte transactie plaatsvindt.
  • De hedge-relatie niet meer voldoet aan de criteria voor hedge accounting. Indien de afgedekte positie een in de toekomst verwachte transactie betreft, vindt de verwerking van de hedgeresultaten als volgt plaats:
    - Indien de verwachte transactie naar verwachting nog plaatsvindt, wordt hedge accounting vanaf dat moment stopgezet. Het hiermee samenhangende cumulatieve resultaat op het hedge-instrument dat in de periode waarin de hedge effectief was buiten de winst-en-verliesrekening of off-balance was gehouden, blijft afhankelijk van de situatie off balance of op de balans.

4.8.6 Bijzondere waardeverminderingen financiële activa

Ook voor financiële vaste activa, waaronder financiële instrumenten beoordeelt Dudok Wonen op iedere balansdatum of er objectieve aanwijzingen zijn voor bijzondere waardeverminderingen van een financieel actief of een groep van financiële activa. Bij aanwezigheid van objectieve aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen bepaalt Dudok Wonen de omvang van het verlies uit hoofde van de bijzondere waardeverminderingen, en verwerkt dit direct in de winst-en-verliesrekening.

Bij financiële activa die gewaardeerd zijn tegen geamortiseerde kostprijs, wordt de omvang van de bijzondere waardevermindering bepaald als het verschil tussen de boekwaarde van het actief en de best mogelijke schatting van de toekomstige kasstromen, contant gemaakt tegen de effectieve rentevoet van het financiële actief zoals die is bepaald bij de eerste verwerking van het instrument.

Een eventueel bijzonder waardeverminderingsverlies wordt teruggenomen indien de afname van de waardevermindering verband houdt met een objectieve gebeurtenis na afboeking. De terugname wordt beperkt tot maximaal het bedrag dat nodig is om het actief te waarderen op de geamortiseerde kostprijs op het moment van de terugname, als geen sprake geweest zou zijn van een bijzondere waardevermindering. Het teruggenomen verlies wordt in de winst-en-verliesrekening verwerkt.

5. Verdere uitwerking grondslagen voor waardering activa en passiva

5.1. Classificatie vastgoed naar typologie

De onroerende zaken in exploitatie worden op objectniveau geclassificeerd naar DAEB en niet-DAEB vastgoed op basis van het in 2017 door de Autoriteit woningcorporaties goedgekeurd definitief scheidingsvoorstel, aangepast voor transacties nadien tussen de DAEB respectievelijk de niet-DAEB tak.

5.2. Vastgoedbeleggingen

5.2.1 DAEB vastgoed in exploitatie & Niet-DAEB vastgoed in exploitatie

DAEB vastgoed in exploitatie en niet-DAEB vastgoed in exploitatie worden gewaardeerd tegen actuele waarde. De actuele waarde betreft voor dit doel de marktwaarde in verhuurde staat.

Marktwaarde in verhuurde staat:
De marktwaarde in verhuurde staat is gebaseerd op beschikbare marktgegevens met inachtneming van de relevante feiten en omstandigheden van de markt waarop Dudok Wonen actief is. De aannames aangaande de geprognosticeerde kasstromen zijn gebaseerd op de contractuele verplichtingen van Dudok Wonen die rusten op het vastgoed. De overige (na de contractperiode in acht te nemen) aannames en uitgangspunten zijn gebaseerd op gegevens van de markt waarop zij actief is.

Onder paragraaf 9.1 Niet-DAEB vastgoed in exploitatie en DAEB vastgoed in exploitatie zijn de gehanteerde veronderstellingen en uitgangspunten nader toegelicht.

Kasstroomgenererende eenheid:
Het interne beleid en de bedrijfsvoering van Dudok Wonen is gericht op sturing van de waarde van het vastgoed in exploitatie op basis van waarderingscomplexen. 

Eerste waardering:
Bij de eerste verwerking wordt het vastgoed in exploitatie gewaardeerd tegen de kostprijs. De kostprijs omvat de verkrijgings- of vervaardigingsprijs, inclusief transactiekosten en verminderd met eventuele investeringssubsidies. De verkrijgings- of vervaardigingsprijs wordt bepaald als de som van de bestede externe kosten en de direct hieraan toerekenbare kosten. De in de toekomst te maken kosten voor sloop worden ten laste van het resultaat verantwoord in het jaar dat de exploitatie door sloop wordt beëindigd.

Uitgaven na eerste verwerking:
Uitgaven na eerste verwerking die voldoen aan de algemene activeringscriteria worden geactiveerd tegen kostprijs en vervolgens getoetst aan het verschil in marktwaarde van het complex vóór en na deze uitgaven. Het marktwaardeverschil wordt in het actief verwerkt als een waardevermindering of -vermeerdering en in het resultaat verantwoord als ‘Overige waardeveranderingen vastgoedbeleggingen’. Onderhoudsuitgaven en uitgaven voor renovatiewerkzaamheden worden slechts geactiveerd indien er sprake is van een waardeverhoging van het actief. De overige onderhoudslasten worden rechtstreeks ten laste van de winst-en-verliesrekening gebracht.

Waardering na eerste verwerking

Na eerste verwerking wordt het vastgoed in exploitatie gewaardeerd tegen actuele waarde, overeenkomstig artikel 35 lid 2 van de Woningwet. Onder actuele waarde wordt in dit verband verstaan de marktwaarde overeenkomstig het marktwaardebegrip “onderhandse verkoopwaarde in verhuurde staat”. Voortvloeiend uit artikel 14 van de Regeling Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting (RTIV) is deze marktwaarde bepaald conform het “Handboek modelmatig waarderen marktwaarde – Actualisatie peildatum 31 december 2022”, derhalve de marktwaarde in verhuurde staat. Dudok Wonen past hiervoor ultimo 2022 de basiswaardering toe voor de woningen en parkeerplaatsen en de “full-variant” voor het bedrijfsmatig en maatschappelijk vastgoed. De marktwaarde in verhuurde staat is benaderd door de contante waarde van de geschatte toekomstige kasstromen te bepalen (discounted cash flow methode). Bij de basisvariant waardering is geen taxateur betrokken. Als gevolg hiervan bestaat het risico dat de modelmatig bepaalde actuele waarde van het vastgoed afwijkt van de actuele waarde die met betrokkenheid van een taxateur tot stand zou zijn gekomen. Na eerste verwerking wordt een waardevermindering of – vermeerdering als gevolg van de waardering tegen actuele waarde bepaald op complexniveau. De waardevermindering of - vermeerdering wordt in het resultaat verantwoord als ‘Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille’. 


Jaarlijks vindt in de zomer na afloop van het jaarrekeningtraject een landelijke validatie van de basisversie plaats. Daarbij wordt door vergelijking met de full-versie achteraf aangegeven of de basisversie een marktwaarde uitkomst heeft gegeven die binnen acceptabele bandbreedte van de full-versie uitkomst ligt. Dit vormt input om de basisversie eventueel aan te passen. Deze inzichten zijn vanzelfsprekend nog niet bekend en niet meegenomen bij de totstandkoming van deze jaarrekening.

Complexindeling
Om de marktwaardewaardering van het vastgoed in exploitatie te bepalen, zijn alle verhuureenheden opgedeeld in waarderingscomplexen. Een waarderingscomplex is een samenstel van verhuureenheden dat in principe bestaat uit vergelijkbare verhuureenheden voor wat betreft type vastgoed, bouwperiode en locatie, en dat als één geheel in verhuurde staat aan een derde partij kan worden verkocht. Alle verhuureenheden maken deel uit van een waarderingscomplex of zijn een afzonderlijk waarderingscomplex.

Doorexploiteer- en uitpondscenario
De geschatte toekomstige kasstromen worden bepaald op basis van de discounted cash flow (‘DCF’) methode. Voor woon- en parkeergelegenheden vindt de bepaling van de toekomstige inkomende en uitgaande kasstromen plaats aan de hand van enerzijds het doorexploiteer scenario en anderzijds het uitpondscenario, mede op basis van artikel 31 van het Besluit Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting (BTIV). De marktwaarde in verhuurde staat is op waarderingscomplex niveau bepaald op basis van de hoogste waardering van het doorexploiteer- of uitpondscenario, beide berekend op basis van de contante waarde van inkomende en uitgaande kasstromen.

Het doorexploiteerscenario veronderstelt dat verhuureenheden worden doorverhuurd, waarbij elk jaar bij een deel van de verhuureenheden de huurder verhuist. Bij de leegkomende verhuureenheden wordt verondersteld dat die eenheid opnieuw wordt verhuurd, waarbij de huur na mutatie wordt aangepast naar de potentiële huur op basis van de markthuur of de maximale huur op basis van het woningwaarderingstelsel. Aan het einde van een 15-jarige DCF-periode wordt een eindwaarde opgenomen. De kasstromen in de 15-jarige DCF-periode en deze eindwaarde worden vervolgens contant gemaakt naar balansdatum en opgeteld. De eindwaarde wordt bepaald op basis van de veronderstelling van doorexploiteren met een voortdurende looptijd, waarbij de afzonderlijke kasstromen zich ontwikkelen met de eigen groeivoet. 
Voor bedrijfsmatig en maatschappelijk vastgoed alsmede voor studentencomplexen, parkeergelegenheden en intramuraal zorgvastgoed is alleen het doorexploiteerscenario van toepassing. 

Het uitpondscenario veronderstelt dat verhuureenheden bij mutatie leeg worden verkocht. In tegenstelling tot het doorexploiteerscenario wordt de huur voor deze verhuureenheden niet aangepast, maar wordt daarvoor in de plaats de verwachte verkoopkasstroom opgenomen. Aan het einde van een 15-jarige DCF-periode wordt een eindwaarde van de nog niet verkochte verhuureenheden opgenomen. De kasstromen in de 15-jarige DCF-periode en deze eindwaarde worden vervolgens contant gemaakt naar balansdatum en opgeteld. De eindwaarde wordt bepaald op het verder uitponden van de aan het eind van het 15e jaar nog niet verkochte woongelegenheden, waarbij de mutatiekans met 50% wordt gehalveerd ten opzichte van de mutatiekans in het doorexploiteerscenario en wordt gerekend met een verouderingstoeslag van 100% voor het instandhoudingsonderhoud.

Herwaardering
Jaarlijks wordt op balansdatum de actuele waarde van het vastgoed in exploitatie opnieuw bepaald. (Ongerealiseerde) winsten of verliezen ontstaan door een wijziging in de actuele waarde worden verantwoord in de winst-en-verliesrekening. Wanneer op complexniveau de actuele waarde de boekwaarde op basis van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs (kostprijs) overtreft, wordt een herwaarderingsreserve gevormd die wordt toegelicht bij het eigen vermogen. De boekwaarde op basis van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs betreft de initiële verkrijgings- of vervaardigingsprijs (derhalve niet verminderd met cumulatieve afschrijvingen en waardeverminderingen).

5.2.2 Toerekening van activa, verplichtingen, baten, lasten en kasstromen aan de DAEB-tak en de niet-DAEB-tak

Het vastgoed in exploitatie wordt op basis van het in 2017 door de Autoriteit woningcorporaties goedgekeurd definitief scheidingsvoorstel plus eventuele verkopen binnen de Toegelaten Instelling tussen de DAEB- en niet-DAEB-tak geclassificeerd naar DAEB- en niet-DAEB-vastgoed. Voor de toerekening van activa, verplichtingen, baten, lasten respectievelijk kasstromen aan deze DAEB-tak of niet-DAEB-tak is de volgende methodiek toegepast:

  • Wanneer activa, verplichtingen, baten, lasten respectievelijk kasstromen volledig toezien op DAEB- of niet-DAEB-activiteiten, zijn deze volledig aan de DAEB-tak respectievelijk niet-DAEB-tak toegerekend;
  • Wanneer deze toezien op zowel DAEB- als niet-DAEB activiteiten, zijn deze op basis van een verdeelsleutel toegerekend. Deze verdeelsleutel is gebaseerd op het aandeel DAEB-verhuureenheden ten opzichte van het aandeel niet-DAEB-verhuureenheden.
  • Vorderingen, verplichtingen, baten, lasten respectievelijk kasstromen uit hoofde van vennootschapsbelasting worden toegerekend aan de DAEB- of niet-DAEB-tak op basis van op basis van de relatieve verdeling qua aantal verhuureenheden.

5.2.3 Beleidswaarde

De beleidswaarde sluit aan op het beleid van Dudok Wonen en beoogt inzicht te geven in de verdiencapaciteit van haar vastgoed in exploitatie, uitgaande van dit beleid. De grondslagen voor de beleidswaarde van het vastgoed in exploitatie komen overeen met de grondslagen voor de bepaling van de marktwaarde, met uitzondering van:

  1. Enkel uitgaan van het doorexploiteerscenario, derhalve geen rekening houden met een uitpondscenario en geen rekening houden met voorgenomen verkopen van vastgoed in exploitatie.
  2. Inrekening van de intern bepaalde streefhuur in plaats van de markthuur, vanaf het ingeschatte moment van (huurders)mutatie.
  3. Inrekening van toekomstige onderhoudslasten, bepaald overeenkomstig het (onderhouds)beleid van de corporatie en het als onderdeel daarvan vastgestelde meerjaren onderhoudsprogramma voor het vastgoedbezit, in plaats van onderhoudsnormen in de markt.
  4. Inrekening van toekomstige verhuur- en beheerlasten in plaats van marktconforme lasten ter zake. Hieronder worden verstaan de directe en indirecte kosten die rechtstreeks zijn te relateren aan de verhuur- en beheeractiviteiten van de corporatie en zoals deze worden opgenomen onder het hoofd ‘lasten verhuur en beheeractiviteiten’ in de resultatenrekening. Voor zover afwijkend van de voor de bepaling van de marktwaarde in verhuurde staat gehanteerde uitgangspunten, zijn de gehanteerde uitgangspunten voor de toekomstige exploitatie - zoals toegepast voor de bepaling van de beleidswaarde van de activa in exploitatie - afgeleid van de meerjarenbegroting (ontwikkeling streefhuur, onderhoudslasten en de lasten van verhuur & beheer) en geënt op de wettelijke voorschriften opgenomen in RTiV artikel 15.

Dudok Wonen heeft hierbij uitgangspunten bepaald die mede van invloed zijn op de beleidswaarde. Wijzigingen van deze uitgangspunten zijn derhalve van invloed op deze waarde. 

5.2.4 Onroerende zaken inzake Kopen naar Wens “oude” contracten (eigendomsparticipaties)

De onroerende zaken inzake Kopen naar Wens betreffen eigendomsparticipaties, die omvatten het bloot eigendom van de grond en van de opstal van het verkoopproduct “Kopen naar Wens”. Hierbij stelt Dudok Wonen de Koper in staat om op termijn, tegen geïndexeerde uitgestelde betaling, een Woning in (vol) eigendom te verwerven. De koper verwerft daarom in eerste instantie het recht van erfpacht op de grond en het recht van erfpacht op de opstal. De “oude” contracten betreffen de contracten welke voor 2013 zijn afgesloten. 

De eigendomsparticipaties worden jaarlijks op basis van nominale waarde (uitgestelde betaling) geïndexeerd met de prijsindex bestaande koopwoningen van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De waardering voor de jaarrekening vindt plaats tegen actuele waarde op basis van een Discounted Cash Flow-methode (DCF). De waarde van de eigendomsparticipatie is verbonden aan de tijdsverwachting dat de Koper eventuele tussentijdse afkoop en de koopsom voor het verwerven van het bloot eigendom heeft voldaan.
Als gevolg van het feit dat niet alle belangrijke risico’s met betrekking tot de transactie zijn overgedragen zijn ontvangen koopsommen als ‘vooruitontvangen Koopsom Kopen naar Wens’ onder verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken – Kopen naar Wens bij de langlopende schulden opgenomen.

Waardemutatie:
De waardemutaties in onroerende zaken inzake Kopen naar Wens “oude” contracten worden in de winst-en-verliesrekening in de post niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verantwoord.

5.2.5 Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor de eigen exploitatie

Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie betreffen projecten waarin nieuwbouw wordt ontwikkeld of projecten waarbij bestaand bezit door middel van sloop/nieuwbouw tot volledig nieuw vastgoed ontwikkeld wordt. Waardering vindt plaats tegen bestede kosten en toegerekende kosten van het werkapparaat uit hoofde van voorbereiding, toezicht en directievoering onder aftrek van de per project geschatte noodzakelijk geachte voorziening voor niet-gedekte kosten en risico’s op basis van de marktwaarde in verhuurde staat. Het zogeheten onrendabele deel wordt ten laste van de winst-en-verliesrekening verantwoord onder de post ‘overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille’.

Voorts wordt rente tijdens de bouw toegerekend aan kwalificerende activa. De geactiveerde rente wordt berekend tegen de gewogen gemiddelde rentevoet van de aangetrokken leningen.

De noodzakelijk geachte voorziening wordt bepaald op het moment van aangaan van de feitelijke verplichtingen inzake investeringen nieuwbouw, woningverbetering en herstructurering. Voornoemde verplichtingen worden in de jaarrekening verwerkt op het moment dat deze kunnen worden gekwalificeerd als ‘intern geformaliseerd en extern gecommuniceerd’. Hiervan is sprake wanneer uitingen door Dudok Wonen zijn gedaan richting huurders, gemeenten en overige stakeholders aangaande verplichtingen inzake toekomstige nieuwbouw-, woningverbetering of herstructureringsprojecten. Een feitelijke verplichting is gekoppeld aan het uitvoeringsbesluit in het besluitvormingsproces van Dudok Wonen.

Indien op projectniveau de opgenomen voorziening de geactiveerde kosten overschrijdt, wordt het project per saldo opgenomen onder de post voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen aan de creditzijde van de balans.

In het geval de geschatte marktwaarde in verhuurde staat van het project op een hoger niveau ligt dan de geschatte totale projectkosten vindt de toerekening van deze waardemutatie plaats naar rato van de verrichte prestaties bij de uitvoering van het project (‘percentage of completion’-methode) per balansdatum op basis van de tot de balansdatum gemaakte projectkosten in verhouding tot de geschatte totale projectkosten. Deze waardemutaties worden rechtstreeks ten gunste of ten laste van de winst-en-verliesrekening in de post ‘Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille’ verantwoord.

Bij gereedkomen van vastgoed in ontwikkeling bestemd voor de eigen exploitatie vindt overboeking van het gehele saldo plaats naar vastgoed in exploitatie. Bij deze overboeking wordt voor het bepalen van de verkrijgingsprijs- of vervaardigingsprijs uitgegaan van de initiële verkrijgingsprijs- of vervaardigingsprijs, zonder rekening te houden met waardeverminderingen.

5.3. Materiële vaste activa

5.3.1 Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie

De onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie worden gewaardeerd tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs verminderd met de cumulatieve afschrijvingen.

De afschrijvingen op kantoorgebouwen, inventaris, automatisering en vervoermiddelen worden berekend als een percentage over de aanschafprijs volgens de lineaire methode op basis van de economische levensduur rekening houdend met de restwaarde bij einde gebruik. Op bedrijfsterreinen wordt niet afgeschreven.
De volgende economische levensduur in jaren wordt gehanteerd:

  • Kantoorgebouwen:  40;
  • Inventaris:  8;
  • Automatisering:  5;
  • Vervoermiddelen:  5.

Onderhoudsuitgaven bij kantoorgebouwen worden geactiveerd indien zij de gebruiksduur van het object verlengen. Indien er geen sprake is van verlenging van de gebruiksduur worden de onderhoudsuitgaven ten laste van de winst- en verliesrekening gebracht.

Bijzondere waardeverminderingen
Vaste activa met een lange levensduur worden beoordeeld op bijzondere waardeverminderingen wanneer wijzigingen of omstandigheden zich voordoen die doen vermoeden dat de boekwaarde van een actief niet terugverdiend zal worden. De terugverdienmogelijkheid van activa die in gebruik zijn, wordt bepaald door de boekwaarde van een actief te vergelijken met de geschatte contante waarde van de toekomstige netto kasstromen die het actief naar verwachting zal genereren.

Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de geschatte contante waarde van de toekomstige kasstromen, worden bijzondere waardeverminderingen verantwoord voor het verschil tussen boekwaarde en de realiseerbare waarde.

5.4. Financiële vaste activa

5.4.1 Deelnemingen

Deelnemingen waarin invloed van betekenis op het zakelijke en financiële beleid kan worden uitgeoefend, worden gewaardeerd volgens de vermogensmutatiemethode op basis van de nettovermogenswaarde.

Bij de bepaling van de nettovermogenswaarde worden de waarderingsgrondslagen van Dudok Wonen gehanteerd. Deelnemingen met een negatieve nettovermogenswaarde worden op nihil gewaardeerd.
Wanneer Dudok Wonen garant staat voor de schulden van de betreffende deelneming wordt een voorziening gevormd. Deze voorziening wordt primair ten laste van de vorderingen op deze deelneming gevormd en voor het overige onder de voorzieningen ter grootte van het aandeel in de door de deelneming geleden verliezen, dan wel voor de verwachte betalingen door Dudok Wonen ten behoeve van deze deelneming.

Deelnemingen waarin geen invloed van betekenis wordt uitgeoefend, worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of duurzaam lagere waarde.

De leningen aan niet-geconsolideerde deelnemingen worden opgenomen tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieverentemethode, verminderd met bijzondere waardeverminderingsverliezen.

De grondslagen voor overige financiële vaste activa zijn opgenomen onder het hoofd Financiële instrumenten.
Dividenden worden verantwoord in de periode waarin zij betaalbaar worden gesteld. Rentebaten worden verantwoord in de periode waartoe zij behoren, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de desbetreffende actiefpost. Eventuele winsten of verliezen worden verantwoord onder financiële baten en lasten.

5.4.2 Latente belastingvordering(en)

Zie toelichting bij ‘9.3.2 Latente belastingvorderingen en- verplichtingen’.

5.4.3 Overige vorderingen

Onroerende zaken inzake Kopen naar Wens “nieuwe” 102% contracten (eigendomsparticipaties)
Onroerende zaken inzake Kopen naar Wens hebben betrekking op de koopproducten Kopen naar Wens. 

Onder de onroerende zaken inzake Kopen naar Wens opgenomen eigendomsparticipaties omvatten het bloot eigendom van de grond en van de opstal van het verkoopproduct Kopen naar Wens, waarbij Dudok Wonen de Koper in staat stelt op termijn tegen geïndexeerde uitgestelde betaling een Woning in (vol) eigendom te verwerven. De koper verwerft daarom in eerste instantie het recht van erfpacht op de grond en het recht van erfpacht op de opstal.

De vordering is vanaf moment van aangaan van de eigendomsparticipatie ten minste op 102% gesteld. De eigendomsparticipaties worden jaarlijks op basis van nominale waarde (uitgestelde betaling) geïndexeerd met de prijsindex bestaande koopwoningen van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). De waardering vindt plaats tegen actuele waarde op basis van een Discounted Cash Flow-methode (DCF). De waarde van de eigendomsparticipatie is verbonden aan de tijdsverwachting dat de Koper eventuele tussentijdse afkoop en de koopsom voor het verwerven van het bloot eigendom heeft voldaan.

5.5. Vorderingen en effecten

De grondslagen voor de waardering van vorderingen en effecten zijn beschreven bij paragraaf 4.9 Financiële instrumenten.

5.6. Eigen Vermogen

Financiële instrumenten die op grond van de economische realiteit worden aangemerkt als eigenvermogensinstrumenten, worden gepresenteerd onder het eigen vermogen.

Financiële instrumenten die op grond van de economische realiteit worden aangemerkt als een financiële verplichting, worden gepresenteerd onder schulden. Rente, dividenden, baten en lasten met betrekking tot deze financiële instrumenten worden in de winst-en-verliesrekening verantwoord als kosten of opbrengsten.

Waardevermeerderingen van activa die worden gewaardeerd tegen actuele waarde worden opgenomen in het eigen vermogen als ongerealiseerde waardeveranderingen. De ongerealiseerde waardeverandering wordt gevormd per individueel actief en is niet hoger dan het verschil tussen de boekwaarde op basis van historische kostprijs en de actuele waarde. Als een actief wordt vervreemd, valt een eventueel aanwezige ongerealiseerde waardeverandering met betrekking tot dat actief vrij ten gunste van de overige reserves. Bij de bepaling van de ongerealiseerde waardeverandering is een bedrag voor latente belastingverplichtingen in mindering gebracht, berekend tegen het actuele belastingtarief.

5.7. Voorzieningen

Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen en verliezen die op balansdatum bestaan waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen noodzakelijk is en waarvan de hoogte betrouwbaar kan worden geschat. 
Voorzieningen worden, voor zover niet anders vermeld, tegen nominale waarde opgenomen.

5.7.1 Voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen

Voor de toelichting van de waarderingsgrondslag voor het bepalen van de voorziening voor onrendabele investeringen en herstructureringen wordt verwezen naar paragraaf 5.2.5 ‘vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie’.
De voorziening voor onrendabele investeringen is gewaardeerd tegen nominale waarde.

5.7.2 Latente belastingvorderingen en -verplichtingen

Een voorziening voor latente belastingvorderingen en –verplichtingen wordt getroffen voor tijdelijke verschillen tussen de boekwaarde van de activa en verplichtingen en hun belastinggrondslag. Hierbij wordt rekening gehouden met het feit in hoeverre er sprake is van (voorwaartse) verrekenbare verliescompensatie. De berekening van de latente belastingvorderingen en –verplichtingen geschiedt tegen de op het einde van het boekjaar geldende belastingtarieven of tegen de in komende jaren geldende tarieven, voor zover reeds bij wet vastgelegd.

Latente belastingvorderingen en –verplichtingen binnen dezelfde fiscale eenheid worden alleen gesaldeerd indien daartoe een afdwingbaar recht aanwezig is en het voornemen is om op netto basis af te rekenen.

Latente belastingvorderingen, met inbegrip van die voortvloeiend uit voorwaartse verliescompensatie, worden in de balans opgenomen indien het waarschijnlijk is dat er fiscale winst beschikbaar zal zijn waarmee verliezen kunnen worden gecompenseerd en verrekeningsmogelijkheden kunnen worden benut, alsmede wanneer realisatie waarschijnlijk wordt geacht. Belastinglatenties worden op contante waarde gewaardeerd, waarbij discontering plaatsvindt tegen de netto-rente.

Latente belastingvorderingen (met een looptijd langer dan 1 jaar) zijn opgenomen onder financiële vaste activa; latente belastingverplichtingen zijn opgenomen onder de voorzieningen.

5.7.3 Overige voorzieningen

Hieronder is onder meer de contractuele verplichting uit hoofde van de aangekochte woningen in het kader van de regeling ‘Verzilverd Wonen’ opgenomen. De verplichting bestaat uit het levenslange vruchtgebruik van de bewoner alsmede de hier aan gekoppelde onderhoudsverplichting. De verplichting is opgenomen tegen contante waarde van het verschil tussen de aankoopprijs bij vrije verkoop en de betaalde aankoopprijs. De vrijval vindt overeenkomstig de voorgecalculeerde exploitatie plaats.

De woning is juridische en economisch eigendom van Dudok Wonen en zij draagt daarom alle risico’s en is verantwoordelijk voor het onderhoud. Bij leegkomen wordt de woning verkocht. Op moment van verkoop (transportdatum) wordt het verkoopresultaat verantwoord. Het resultaat wordt berekend door de aankoopsom plus de niet ontvangen (fictieve) markthuur, gedurende de periode dat de woning bewoond werd, in mindering te brengen op de verkoopprijs.

Verder is er een voorziening voor te verwachte kosten in verband met claims van oud-medewerkers.

5.8. Langlopende schulden

De waardering van langlopende schulden is toegelicht onder paragraaf 9.10 Financiële instrumenten.

Voor de post verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken – Kopen naar Wens wordt verwezen naar paragraaf 9.8.2 Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken – Kopen naar Wens “oude” contracten. 

5.9. Kortlopende schulden

De waardering van kortlopende schulden is toegelicht in de paragraaf 9.10 Financiële instrumenten.

6. Verdere uitwerking grondslagen voor bepaling resultaat

6.1. Huuropbrengsten

Hieronder zijn opgenomen de opbrengsten voortvloeiend uit de met huurders gesloten huurovereenkomsten. Huuropbrengsten worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen gedurende de looptijd van de huurovereenkomst. De huren worden jaarlijks binnen de wettelijke kaders verhoogd in overeenstemming met het huurbeleid van Dudok Wonen. De huuropbrengsten worden toegerekend aan de periode waarop het contract betrekking heeft. 

6.2. Opbrengsten en lasten servicecontracten

De opbrengsten betreffen ontvangen bedragen van huurders ter dekking van gemaakte servicekosten. Jaarlijks vindt verrekening plaats op basis van de daadwerkelijke kosten. Deze kosten worden verantwoord onder de lasten servicecontracten. De opbrengsten servicecontracten worden toegerekend aan de periode waarop het contract betrekking heeft. 

6.3. Lasten verhuur en beheeractiviteiten

Hier worden zowel de directe lasten voor de verhuur en beheeractiviteiten als de indirecte lasten via de kostenverdeelstaat verantwoord.

6.4. Lasten onderhoudsactiviteiten

De onderhoudskosten voor dagelijks- en mutatieonderhoud en planmatig onderhoud worden ten laste van de exploitatie gebracht. Het dagelijks- en mutatieonderhoud wordt onderscheiden in de kosten van derden en de kosten van eigen dienst. De lasten van onderhoud onderscheiden zich van activeerbare uitgaven, waarbij het onderscheid is gebaseerd op de op 4 juli 2019  door het ministerie van Binnenlandse Zaken, de Autoriteit woningcorporaties en WSW gepubliceerde nieuwe definities gepubliceerd inzake de verwerking van uitgaven voor verbetering en onderhoud.

Onder deze post worden alle direct aan het verslagjaar toe te rekenen kosten van onderhoud verantwoord. Van toerekenbaarheid is sprake als de daadwerkelijke werkzaamheden in het verslagjaar hebben plaatsgevonden.
Reeds aangegane verplichtingen, waarvan de werkzaamheden nog niet zijn uitgevoerd op balansdatum, worden verwerkt onder de niet in de balans opgenomen verplichtingen.

6.5. Overige directe operationele lasten exploitatie bezit

Hieronder worden de exploitatiekosten verantwoord die niet tot een meer specifieke kostensoort behoren.

6.6. Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille

De post Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille betreft het saldo van de behaalde verkoopopbrengst minus de toerekenbare verkoop- en organisatiekosten en de geactiveerde waarde met betrekking tot het vastgoed. 
Opbrengst uit verkoop van vastgoed wordt in de winst-en-verliesrekening verwerkt als alle belangrijke rechten op economische voordelen alsmede alle belangrijke risico’s met betrekking tot de activa zijn overgedragen aan de koper, het bedrag van de opbrengst op betrouwbare wijze kan worden bepaald en ontvangst van de opbrengst waarschijnlijk is.

Op basis van deze criteria wordt onder deze post verantwoord: 

  • de verkoopopbrengst van vastgoed in exploitatie onder aftrek van verkoopkosten en de boekwaarde verantwoord. De boekwaarde is op basis van de marktwaarde. 
  • de opbrengstwaarde van verkocht vastgoed bestemd voor de verkoop (koopwoningen voor derden) onder aftrek van de gemaakte direct toerekenbare verkoopkosten en de vervaardigingsprijs en daaraan toegerekende directe kosten, dan wel de lagere opbrengstwaarde. 
  • verkoopopbrengst van onroerende zaken Kopen naar Wens onder aftrek van de boekwaarde. 

6.7. Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille

Hieronder zijn begrepen de waardeveranderingen met betrekking tot de vastgoedportefeuille bestaande uit vastgoed in exploitatie, vastgoed in ontwikkeling, onroerende zaken inzake Kopen naar Wens “oude” en “nieuwe” contracten en vastgoed bestemd voor verkoop. Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille betreffen winsten of mogelijke verliezen, die ontstaan door een wijziging in de waarde van het vastgoed in het verslagjaar.

6.8. Netto resultaat overige activiteiten

Hieraan zijn de opbrengsten en kosten voor beheer voor derden, VvE-beheer en overige opbrengsten toegerekend.

6.9. Leefbaarheid

Onder deze post zijn leefbaarheidsuitgaven inzake sociale activiteiten en fysieke activiteiten opgenomen. 

De uitgaven inzake sociale activiteiten omvatten wijkgebonden uitgaven voor ondersteuning van bewonersinitiatieven, gebiedsgericht personeel (zoals leefbaarheidscoördinator, wijkbeheerder, huismeester), leefbaarheidsonderzoeken en uitgaven voor activiteiten zoals welkomstbijeenkomsten nieuwe bewoners, bestrijding woonoverlast, buurtbemiddeling, opvang van dak- en thuislozen, schuldsaneringen, tweede kansbeleid et cetera.

De uitgaven inzake fysieke activiteiten omvatten wijkgebonden uitgaven voor buurtcentra, bijzondere gebouwen (zoals wijksteunpunten, buurtposten, HOED), onderhoud groenvoorziening, speeltoestellen, beveiliging openbare ruimte, cameratoezicht, schoonmaakacties et cetera en uitgaven voor activiteiten zoals inbraakbeveiliging, brandpreventie, verlichting achterpad, afsluiting portieken et cetera.

6.10. Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector

Voor de uitvoering van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) heeft Dudok Wonen zich gehouden aan de Beleidsregel toepassing WNT.

6.11. Pensioenen

Uitgangspunt is dat de in de verslagperiode te verwerken pensioenlast gelijk is aan de over die periode aan het pensioenfonds verschuldigde pensioenpremies. 

Dudok Wonen heeft voor al haar werknemers een toegezegde pensioenregeling. Hiervoor in aanmerking komende werknemers bouwen jaarlijks een pensioenrecht op over het loon van dat jaar (middelloonregeling). Naar de stand van ultimo december 2022 was de dekkingsgraad van het pensioenfonds (SPW) 133,7% (2021: 118,8%).
De verplichtingen, welke voortvloeien uit deze rechten van haar personeel, zijn ondergebracht bij de Stichting Pensioenfonds voor de Woningcorporaties (SPW). Dudok Wonen betaalt hiervoor premies waarvan een deel op het salaris van de werknemers wordt ingehouden.

6.12. Leasing

Leasecontracten waarbij een groot deel van de voor- en nadelen verbonden aan de eigendom niet bij Dudok Wonen ligt, worden verantwoord als operationele leasing. Verplichtingen uit hoofde van operationele leasing worden op lineaire basis verwerkt in de winst-en-verliesrekening over de looptijd van het contract.

6.13. Belastingen

Dudok Wonen is met ingang van 1 januari 2008 integraal belastingplichtig voor de vennootschapsbelasting. Corporaties zijn sindsdien verplicht over hun integrale activiteiten vennootschapsbelasting te betalen. Een en ander is vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst (VSO). In deze VSO zijn specifieke bepalingen opgenomen met betrekking tot de waardering van posten op de fiscale openingsbalans en de wijze van resultaatneming.

Belastingen over de resultaten omvatten de over de verslagperiode verschuldigde en verrekenbare winstbelastingen en latente belastingen. De belastingen worden in de winst- en verliesrekening opgenomen, behoudens voor zover deze betrekking hebben op posten die rechtstreeks in het eigen vermogen worden opgenomen, in welk geval de belasting in het eigen vermogen wordt verwerkt.

De over het boekjaar verschuldigde en verrekenbare belasting is de naar verwachting te betalen belasting over de belastbare winst over het boekjaar, rekening houdend met de fiscale faciliteiten en de vaststellingsovereenkomst (VSO), berekend aan de hand van belastingtarieven die zijn vastgesteld op verslagdatum, dan wel waartoe materieel al op verslagdatum is besloten, en eventuele correcties op de over voorgaande jaren verschuldigde belasting.

Voor latente belastingen wordt een vordering dan wel een voorziening getroffen voor tijdelijke verschillen tussen de boekwaarde van activa en verplichtingen ten behoeve van de financiële verslaggeving en de fiscale boekwaarde van die posten.

Er wordt uitsluitend een latente belastingvordering opgenomen voor zover het waarschijnlijk is dat er in de toekomst belastbare winsten beschikbaar zullen zijn die voor de realisatie van het tijdelijke verschil dan wel compensabele verliezen kunnen worden aangewend. Latente belastingvorderingen worden per iedere verslagdatum herzien en verlaagd voor zover het niet langer waarschijnlijk is dat het daarmee samenhangende belastingvoordeel zal worden gerealiseerd.

Latente belastingvorderingen zijn opgenomen onder vlottende activa of onder de financiële vaste activa indien de verwachte looptijd langer is dan een jaar. De latente belastingverplichtingen zijn opgenomen onder de voorzieningen.

Latente belastingen worden verantwoord tegen de contante waarde tegen een disconteringsvoet na belasting die de actuele marktrente van Dudok Wonen weerspiegelt.

Saldering van latenties vindt plaats indien en voor zover Dudok Wonen bevoegd is tot saldering en simultane afwikkeling en tevens het stellige voornemen heeft om dit te doen.

6.14. Aandeel in het resultaat van ondernemingen waarin wordt deelgenomen

Het aandeel in het resultaat van ondernemingen waarin wordt deelgenomen omvat het aandeel van Dudok Wonen in de resultaten van deze deelnemingen. Resultaten op transacties, waarbij overdracht van activa en passiva tussen Dudok Wonen en de niet-geconsolideerde deelnemingen en tussen niet-geconsolideerde deelnemingen onderling heeft plaatsgevonden, zijn niet verwerkt voor zover deze als niet gerealiseerd kunnen worden beschouwd.

De resultaten van deelnemingen die gedurende het boekjaar zijn verworven of afgestoten worden vanaf het verwervingsmoment respectievelijk tot het moment van afstoting verwerkt in het resultaat van Dudok Wonen.

7. Kasstroomoverzicht

Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de directe methode. Bij deze methode zijn alle ontvangsten en uitgaven direct gekoppeld aan de activiteiten.

De liquiditeitspositie in het kasstroomoverzicht bestaat uit de liquide middelen.

In het kasstroomoverzicht wordt onderscheid gemaakt tussen operationele-, investerings- en financieringsactiviteiten.

De kasstromen uit hoofde van de financiering zijn gesplitst in kasstromen met betrekking tot mutaties in de hoofdsom (opgenomen onder financieringsactiviteiten) en rente-uitgaven (opgenomen onder operationele activiteiten).

8. Bepaling reële waarden financiële instrumenten

Een aantal grondslagen en toelichtingen in de jaarrekening van Dudok Wonen vereist de bepaling van de reële waarde van zowel financiële als niet-financiële activa en verplichtingen. Ten behoeve van waarderings- en informatieverschaffingsdoeleinden is de reële waarde op basis van de hierna genoemde methoden bepaald. Indien van toepassing wordt nadere informatie over de uitgangspunten voor de bepaling van de reële waarde vermeld bij het onderdeel van deze toelichting dat specifiek op het betreffende actief of de betreffende verplichting van toepassing is.

8.1. Handels- en overige vorderingen

De reële waarde van handels- en overige vorderingen benadert de contante waarde van de toekomstige kasstromen tegen actuele rentes vermeerderd met een gewogen gemiddelde opslag voor kredietrisico’s.

8.2. Derivaten

De reële waarde van rente derivaten wordt bepaald door discontering van de rentekasstromen, tegen actuele rentes waarin een opslag is opgenomen voor de relevante risico’s.

9. Toelichting op de geconsolideerde balans

9.1. Vastgoedbeleggingen (M1102)

9.1.1 DAEB vastgoed in exploitatie (M11028) en niet-DAEB vastgoed in exploitatie (M11020)

VASTGOEDBELEGGINGEN 31-12-2022 31-12-2021
DAEB vastgoed in exploitatie    
Marktwaarde per 1 januari 818.652 740.968
     
Mutaties    
- Investeringen 5.814 7.260
- Desinvesteringen -18.076 -11.810
- Overboeking naar vastgoed in ontwikkeling -612 -1.514
- Overboeking gereedgekomen activa ontwikkeling 23.603 19.914
- Overboeking DAEB vastgoed - niet-DAEB vastgoed 395 -773
- Aankopen 1.076 965
- Overige mutaties -1.562 -
- Niet-gerealiseerde waardeveranderingen 62.120 63.642
Totaal mutaties 72.758 77.684
     
Marktwaarde per 31 december 891.410 818.652
DAEB vastgoed in exploitatie (aantal)    
Aantal per 1 januari 5.507 5.556
     
Toe- of afname -33 -49
Aantal per 31 december 5.474 5.507
VASTGOEDBELEGGINGEN 31-12-2022 31-12-2021
Niet-DAEB vastgoed in exploitatie    
Marktwaarde per 1 januari 432.913 399.721
     
Mutaties    
- Investeringen 995 404
- Desinvesteringen -2.739 -1.360
- Overboeking gereedgekomen activa ontwikkeling -1.117 -
- Overboeking DAEB vastgoed - niet-DAEB vastgoed -395 773
- Aankopen en overig 830 -
- Overige mutaties -99 -
- Niet-gerealiseerde waardeveranderingen 8.066 33.375
Totaal mutaties 5.541 33.192
     
Marktwaarde per 31 december 438.454 432.913
Niet-DAEB vastgoed in exploitatie (aantal)    
Aantal per 1 januari 2.886 2.895
     
Toe- of afname -56 -9
Aantal per 31 december 2.830 2.886

Algemeen

De actuele waarde van het DAEB vastgoed en niet-DAEB vastgoed in exploitatie is gebaseerd op de marktwaarde in verhuurde staat en bedraagt respectievelijk € 891 miljoen en € 438 miljoen. Het totaal van de waardering van het vastgoed in exploitatie bedraagt € 1.329 miljoen.
De marktwaarde in verhuurde staat is gebaseerd op beschikbare marktgegevens met inachtneming van de relevante feiten en omstandigheden van de markt waarop Dudok Wonen actief is. De aannames aangaande de geprognosticeerde kasstromen zijn gebaseerd op de contractuele verplichtingen van Dudok Wonen die rusten op het vastgoed. De overige (na de contractperiode in acht te nemen) aannames en uitgangspunten zijn gebaseerd op gegevens van de markt waarop zij actief is.

De actuele waarde is berekend met het taxatiemanagementsysteem van Ortec Finance TMS. Voor de Koop Goedkoop eenheden is de actuele waarde berekend met een eigen rekenmodel. De marktwaarderingen zijn tot stand gekomen met inachtneming van het waarderingsprotocol, de procesrichtlijnen en uitvoeringsrichtlijnen die door Dudok Wonen zijn opgesteld.

Voor de woningen en parkeerplaatsen is de basiswaardering gehanteerd conform het Handboek marktwaardering 2022. Het bedrijfsmatig en maatschappelijk vastgoed in exploitatie is, getaxeerd door een onafhankelijke en ter zake deskundige externe taxateur, ingeschreven bij het Nederlands Register Vastgoed Taxateurs (NRVT – www.nrvt.nl).

Onder marktwaarde in verhuurde staat wordt verstaan: het bedrag dat het complex bij complexgewijze verkoop naar schatting zal opbrengen nadat de verkoper het complex na de beste voorbereiding op de gebruikelijke wijze in de markt heeft aangeboden en waarbij de koper de onroerende zaak aanvaardt onder gestanddoening van de lopende huurovereenkomsten met alle daaraan verbonden rechten en plichten. Om de uiteindelijke netto open marktwaarde in verhuurde staat te bepalen worden de kopers kosten in mindering gebracht. De kopers kosten betreffen overdrachtskosten (overdrachtsbelasting, notariskosten en advieskosten) en zijn genormeerd op 9% van de waarde voor de woningportefeuille en 9% van de waarde voor BOG, Intramuraal zorgvastgoed en overig vastgoed).

Voor het bepalen van de marktwaarde maakt het rekenmodel gebruik van een Discounted Cash Flow-methode (DCF). Dit betekent dat voor een beschouwingsperiode van 15 jaar zo goed mogelijk de inkomsten en uitgaven worden geschat en dat deze aan de hand van een disconteringsvoet ‘contant’ worden gemaakt naar het heden. Daarnaast wordt een eindwaarde bepaald na afloop van de DCF-periode van 15 jaar.

Het inschatten van de inkomsten en uitgaven wordt gedaan aan de hand van twee scenario’s; doorexploiteren en uitponden, mede op basis van artikel 31 van het Besluit Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting (BTIV).

Uit de validatie van het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde 2021 is gebleken de marktontwikkelingen in het 4e kwartaal 2021 onvoldoende tot uitdrukking zijn gekomen in de marktwaardewaardering ultimo 2021. In de COROP regio Het Gooi en Vechtstreek was de waardering hiermee o.b.v. de rapportage van Fakton d.d. 7 april 2023 inzake Onderzoek Waardeontwikkeling Handboek 2021 versus 2022 circa 10,9% te laag. Dit effect is onderdeel van de niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille 2022 en bedraagt circa € 136 miljoen. De vergelijkende cijfers 2021 zijn hierop niet aangepast. Eind maart is het Handboek modelmatig waarderen marktwaarde 2022 herzien naar aanleiding van geconstateerde onvolkomenheden. De benodigde aanpassingen om te komen tot een marktconforme waardering zijn doorgevoerd middels aanpassing van de disconteringsvoet. Hiertoe heeft onderzoek plaatsgevonden waarbij is vastgesteld dat de verwachte uitkomsten van de basisversie in lijn liggen met de ontwikkeling van de leegwaarde van woningen gebaseerd op NVM cijfers in de regio. Als uitgangspunt is hierbij gehanteerd dat deze ontwikkeling van de marktwaarde (exclusief correcties voorgaand jaar) in lijn ligt met de ontwikkeling van de marktwaarde in verhuurde staat.

Parameters
De belangrijkste gehanteerde parameters bij de bepaling van de marktwaarde van de woningportefeuille zijn:

  • disconteringsvoet gemiddeld van 5,71% (2021: 5,94%).
  • exit yield uitponden gemiddeld van 4,46% (2021: 3,95%).
  • exit yield doorexploiteren gemiddeld van 4,40% (2021: 4,76%).
  • vrije verkoopwaarde gemiddeld per eenheid € 279.541,- (2021: € 277.386,-).
  • contracthuur per eenheid gemiddeld per maand € 653,- (2021: € 636,-).
  • markthuur per eenheid gemiddeld per maand € 1.149,- (2021: € 1.011,-).

De belangrijkste gehanteerde parameters bij de bepaling van de marktwaarde van de BOG/MOG-portefeuille zijn:

  • disconteringsvoet gemiddeld van 7,79% (2021: 7,3%).
  • exit yield gemiddeld van 8,57% (2021: 8,45%).
  • contracthuur gemiddeld per m2 per jaar € 93,- (2021: € 83,-).
  • markthuur gemiddeld per m2 per jaar € 92,- (2021: € 92,-).

De belangrijkste gehanteerde parameters bij de bepaling van de marktwaarde van de parkeerplaatsen:

  •  disconteringsvoet gemiddeld 6,77% (2021: 6,33%).
  • exit yield gemiddeld 4,39% (2021: 4,00%).
  • contracthuur gemiddeld per maand € 57,- (2021: € 54,-).

De belangrijkste gehanteerde parameters bij de bepaling van de marktwaarde van de Koop Goedkoop eenheden:

  • disconteringsvoet 6,43% (2021: 6,72%)
  • exit yield 7,00% (2021: 7,00%)
  • canon gemiddeld per jaar € 1.979 (2021: € 2.060)
  • grondwaarde gemiddeld € 63.532 (2021: € 68.314

Opbouw disconteringsvoet

De disconteringsvoet is de marktconforme rendementseis waartegen de verwachte inkomsten en uitgaven contant worden gemaakt. Deze disconteringsvoet wordt gebruikt om de huidige waarde van inkomsten en uitgaven in de toekomst te bepalen. Het Handboek marktwaardering 2022 bouwt de disconteringsvoet op in 3 onderdelen:

  • De risicovrije rentevoet. De hoogte van de risicoloze rentevoet wordt bepaald aan de hand van het 24-maands historisch gemiddelde van de 10-jaar EURO area yield curve gebaseerd op AAA rated staatsobligaties zoals gepubliceerd door de E.C.B. (Europese Centrale Bank) genomen. Voor 2022 bedraagt de basis-IRS minus 0,09% (2021: 0,38%).
  • De vastgoedsector specifieke opslag. De vastgoed sectorspecifieke opslag is een vastgoedsector gebonden risico-opslag, welke dient ter compensatie voor het extra risico dat wordt gelopen voor het investeren in vastgoed, ten opzichte van de risicovrije rente. De opslag bedraagt in 2022 6,34% (2021: 6,34%).
  • De opslag voor het markt- en objectrisico. Deze gecombineerde opslag is afhankelijk gesteld van bouwjaar, type verhuureenheid en regio.

De disconteringsvoeten van de woningen en parkeerplaatsen zijn bepaald op basis van het Handboek marktwaardering 2022. Voor het bedrijfsmatig en maatschappelijk vastgoed zijn deze per complex individueel bepaald.

De bandbreedte voor de disconteringsvoeten van Dudok Wonen is als volgt:

  • voor woningen: tussen 5,39% en 7,43% (2021: 5,21% en 7,03%);
  • voor BOG: tussen 6,00% en 10,00% (2021: 5,50% en 9,00%);
  • voor parkeerplaatsen: tussen 6,70% en 6,79% (2021: 6,26% en 6,35%).

Opbouw disconteringsvoet

De disconteringsvoet is de marktconforme rendementseis waartegen de verwachte inkomsten en uitgaven contant worden gemaakt. Deze disconteringsvoet wordt gebruikt om de huidige waarde van inkomsten en uitgaven in de toekomst te bepalen. Het Handboek marktwaardering 2022 bouwt de disconteringsvoet op in 3 onderdelen:

  • De risicovrije rentevoet. De hoogte van de risicoloze rentevoet wordt bepaald aan de hand van het 24-maands historisch gemiddelde van de 10-jaar EURO area yield curve gebaseerd op AAA rated staatsobligaties zoals gepubliceerd door de E.C.B. (Europese Centrale Bank) genomen. Voor 2022 bedraagt de basis-IRS minus 0,09% (2021: 0,38%).
  • De vastgoedsector specifieke opslag. De vastgoed sectorspecifieke opslag is een vastgoedsector gebonden risico-opslag, welke dient ter compensatie voor het extra risico dat wordt gelopen voor het investeren in vastgoed, ten opzichte van de risicovrije rente. De opslag bedraagt in 2022 6,34% (2021: 6,34%).
  • De opslag voor het markt- en objectrisico. Deze gecombineerde opslag is afhankelijk gesteld van bouwjaar, type verhuureenheid en regio.


De disconteringsvoeten van de woningen en parkeerplaatsen zijn bepaald op basis van het Handboek marktwaardering 2022. Voor het bedrijfsmatig en maatschappelijk vastgoed zijn deze per complex individueel bepaald.

De bandbreedte voor de disconteringsvoeten van Dudok Wonen is als volgt:

  • voor woningen: tussen 5,39% en 7,43% (2021: 5,21% en 7,03%);
  • voor BOG: tussen 6,00% en 10,00% (2021: 5,50% en 9,00%);
  • voor parkeerplaatsen: tussen 6,70% en 6,79% (2021: 6,26% en 6,35%);

Eindwaarde
Voor de woningen en parkeerplaatsen wordt de eindwaarde berekend op basis van het handboek. Deze eindwaarde is de marktwaarde van het complex aan het einde van het 15e jaar en is gelijk aan de contante waarde van de verwachte kasstromen die van het 16e exploitatiejaar worden verwacht. Deze waarde wordt vervolgens contant gemaakt met de gehanteerde disconteringsvoet naar de waardepeildatum en is zo onderdeel van de marktwaarde.

Exit Yield
Voor het bepalen van de eindwaarde van het bedrijfsmatig en maatschappelijk vastgoed wordt de Exit Yield gebruikt. Het Exit Yield percentage bepaalt de eindwaarde van een complex aan het einde van de 15-jarige cashflow berekening. De eindwaarde wordt contant gemaakt tegen de gehanteerde disconteringsvoet. De Exit Yield moet feitelijk gezien worden als het aanvangsrendement over 15 jaar. Deze is daarmee dan ook afhankelijk van de status van het complex aan het eind van de beschouwde periode. Op individueel complexniveau zijn aspecten als huurpotentie, leeftijd en omvang van het complex aan het einde van de 15- jarige DCF periode bepaald. De Exit Yields zijn individueel ingeschat op complexniveau.

Overig
De op de markt, waarop Dudok Wonen actief is, gebaseerde aannames en uitgangspunten zijn voor het bedrijfsmatig en maatschappelijk vastgoed tot stand gekomen in samenwerking met een externe taxateur. Voor de woningen en parkeerplaatsen is de basiswaardering conform het Handboek marktwaardering 2022 gehanteerd.

Bij het bepalen van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd:

  • inflatie: voorgeschreven volgens het Handboek marktwaardering 2022 en gebaseerd op de meest recente prognoses van het Centraal Planbureau (CPB) en de Europese Centrale Bank (ECB);
  • vrije verkoopwaarde: afgeleid van de WOZ-waarde en berekend volgens het Handboek marktwaardering 2022;
  •  markthuur: afgeleid van de vrije verkoopwaarde en extern marktadvies en berekend volgens het Handboek marktwaardering 2022;
  • exploitatiekosten: ontleend aan het Handboek marktwaardering 2022;
  • mutatiegraad: gebaseerd op 5-jaars voortschrijdend gemiddelde binnen een bandbreedte;
  • ontwikkeling vrije verkoopwaarde en markthuur van de woningen op basis van de economische parameters in het Handboek marktwaardering 2022;

Bij de bepaling van de marktwaarde in verhuurde staat is ook expliciet rekening gehouden met bestaande beklemmingen. Beklemmingen zijn beperkende afspraken die rechtstreeks rusten op het vastgoed, van invloed zijn op de marktwaarde in verhuurde staat en bij een eventuele overdracht naar een derde mee overgaan. Deze afspraken kunnen betrekking hebben op gemeentelijke afspraken, maar ook op wettelijke bepalingen.

De volgende vrijheidsgraden zijn toegepast bij de BOG-portefeuille:

  • markthuur: taxateur heeft voor alle taxatiecomplexen op basis van referentietransacties een inschatting gemaakt voor de passende markthuur;
  • exit yield: taxateur acht de modelmatige berekening die het Handboek marktwaardering 2022 voorschrijft voor de eindwaarde niet passend voor het betreffende heterogene vastgoed en heeft een eigen risico-inschatting gemaakt;
  • Disconteringsvoet: taxateur acht de modelmatige berekening die het Handboek marktwaardering 2022 voorschrijft voor de eindwaarde niet passend voor het betreffende heterogene vastgoed en heeft een eigen risico-inschatting gemaakt;
  • Mutatie- en verkoopkans: taxateur heeft o.b.v. kennis en ervaring een inschatting gemaakt van de mutatiekans.

Disconteringsvoet
De disconteringsvoet uit het Handboek marktwaardering 2022 toont slechts een beperkte variatie en houdt geen rekening met enkele belangrijke aspecten in de waardering van de vastgoedportefeuille. De disconteringsvoeten van de complexen zijn individueel bepaald waarbij rekening is gehouden met aspecten als vastgoedtype, het bouwjaar, de lengte van het huurcontract, een overhuur- of onderhuursituatie, locatieaspecten en de omvang van het object.

Exit Yield
De Exit Yield is afhankelijk van de status van het complex aan het eind van de beschouwde periode. Hiertoe zijn op individueel complexniveau aspecten als huurpotentie, leeftijd en omvang van het complex aan het einde van de 15- jarige DCF periode bepaald. De Exit Yields zijn individueel per complex ingeschat.

Waardeveranderingen op basis van marktwaarde in verhuurde staat:
De marktwaarde in verhuurde staat is in 2022 met € 78,3 miljoen toegenomen van € 1.251,6 miljoen naar € 1.329,9 miljoen. Deze waardeontwikkeling is opgebouwd uit:

  • investeringen van € 6,8 miljoen;
  • desinvesteringen (verkopen) van € -20,8 miljoen;
  • overboeking naar vastgoed in ontwikkeling van € -1,7 miljoen;
  • aankopen, opleveringen en overige mutaties van € 22,7 miljoen;
  • niet gerealiseerde waardeveranderingen van € 71,3 miljoen positief.

De herwaarderingen ad € 71,3 miljoen positief zijn het gevolg van nadere inschattingen van parameters en uitgangspunten bij de waardering op marktwaarde.

Bij de post vastgoedbeleggingen zijn 8.304 eenheden (2021: 8.393) opgenomen. De geschatte actuele waarde is gebaseerd op basis van de WOZ-beschikkingen (peildatum 1 januari 2021) van het vastgoed en bedraagt circa € 1,7 miljard (2021: 1,5 miljard).

De woningen zijn verzekerd tegen herbouwwaarde. Het bedrijfsonroerend goed is verzekerd tegen taxatiewaarde.

Hypothecaire zekerheden:
Het DAEB- en niet-DAEB vastgoed in exploitatie gekwalificeerd als vastgoedbelegging bij Dudok Wonen is (nagenoeg) geheel gefinancierd met leningen onder borging van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Het Waarborgfonds Sociale Woningbouw heeft hierbij het recht van eerste hypotheek. Dudok Wonen heeft hiervoor een volmacht aan het Waarborgfonds Sociale Woningbouw verstrekt. Het Waarborgfonds Sociale Woningbouw kan indien het dit noodzakelijk acht hypotheek op het onderpand leggen. Als gevolg hiervan zijn de onroerende en roerende zaken in exploitatie die met geborgde leningen zijn gefinancierd niet met hypothecaire zekerheden bezwaard.

Voor het bezit in Goois Wonen BV zijn hypothecaire zekerheden en aanvullende zekerheden afgegeven. Deze zekerheden worden in paragraaf 9.9.1 nader toegelicht.

De som van de herwaarderingen bedraagt per balansdatum € 764 miljoen (2021: € 705 miljoen).

Beleidswaarde van het vastgoed in exploitatie
De beleidswaarde sluit aan op het beleid van Dudok Wonen en beoogt inzicht te geven in de verdiencapaciteit van het vastgoed in exploitatie. De beleidswaarde van het vastgoed in exploitatie bedraagt per balansdatum € 655 miljoen (2021: € 682 miljoen)

Het verschil tussen de marktwaarde en de beleidswaarde ultimo 2022 bestaat uit de volgende onderdelen:

VASTGOEDBELEGGINGEN 31-12-2022 31-12-2021
Van marktwaarde naar beleidswaarde    
Marktwaarde verhuurde staat 1.329.864 1.251.565
     
Beschikbaarheid (doorexploiteren) 183.488 63.676
Betaalbaarheid (huren) -467.495 -329.629
Kwaliteit (onderhoud) -317.196 -231.691
Beheer (beheerskosten) -73.704 -71.641
     
Beleidswaarde 654.957 682.280

Sensitiviteitsanalyse:
Voor de bepaling van de beleidswaarde zijn de voornaamste uitgangspunten (gemiddeld per woning teruggerekend) als volgt:

VASTGOEDBELEGGINGEN 31-12-2022 31-12-2021
Uitgangspunt voor:    
Disconteringsvoet doorexploiteren 5,63% 5,51%
Streefhuur per maand DAEB € 668 per woning € 658 per woning
Streefhuur per maand Niet DAEB € 967 per woning € 922 per woning
Streefhuur per maand Totaal € 744 per woning € 726 per woning
Lasten onderhoud en beheer per jaar € 4.291 per woning € 3.705 per woning

In onderstaande tabellen wordt aangegeven welk effect een positieve of negatieve aanpassing van deze uitgangspunten heeft op de beleidswaarde:

VASTGOEDBELEGGINGEN    
Effect op beleidswaarde:  Mutatie t.o.v. uitgangspunt  Effect op beleidswaarde
Disconteringsvoet 0,5% hoger 59 miljoen lager
Disconteringsvoet 0,5% lager 70 miljoen hoger
Streefhuur per maand € 25 hoger 26 miljoen hoger
Streefhuur per maand € 25 lager 33 miljoen lager
Lasten onderhoud per jaar € 100 hoger 21 miljoen lager
Lasten onderhoud per jaar € 100 lager 21 miljoen hoger
Lasten beheer per jaar € 100 hoger 21 miljoen lager
Lasten beheer per jaar € 100 lager 21 miljoen hoger

9.1.2 Onroerende zaken inzake Kopen naar Wens “oude” contracten (M11024)

VASTGOEDBELEGGINGEN 31-12-2022 31-12-2021
Eigendomsparticipaties (bedrag)    
Nominale waarde per 1 januari 65.183 59.863
     
Mutaties in het boekjaar:    
- Herrubricering - -
- Nieuw - -
- Afkoop -1.857 -2.269
- Indexering 8.866 4.215
Nominale waarde per 31 december 72.192 61.809
- Niet-gerealiseerde waardeveranderingen -44.943 -32.258
Stand per 31 december 27.249 29.551
Vooruit ontvangen bedragen ‘Kopen Naar Wens’ 34.560 35.632
Stand per 31 december 61.809 65.183
Eigendomsparticipaties (aantal)    
Stand per 1 januari 360 375
     
Mutaties in het boekjaar:    
- herrubricering - -
- Nieuw - -
- Afkoop -11 -15
Stand per 31 december 349 360

De actuele waarde van de eigendomsparticipaties is gebaseerd op de marktwaarde v.o.n. (vrij op naam). De waardering vindt plaats tegen actuele waarde op basis van een netto contante waarde berekening en bedraagt € 27,2 miljoen (2021: € 29,6 miljoen). Het totaal van de waardering van de eigendomsparticipaties inclusief de ‘vooruitontvangen bedragen’ bedraagt daarmee € 61,8 miljoen (2021: € 65,2 miljoen).

De actuele waarde is berekend met een eigen rekenmodel. De marktwaardewaarderingen zijn tot stand gekomen met inachtneming van het waarderingsprotocol, de procesrichtlijnen en uitvoeringsrichtlijnen die door Dudok Wonen zijn opgesteld.

Voor het bepalen van de marktwaarde maakt het rekenmodel gebruik van de netto contante waarde van de toekomstige kasstromen.

Voor de gehele verwachte looptijd worden de inkomsten en uitgaven, zo goed mogelijk geschat en aan de hand van een disconteringsvoet ‘contant’ gemaakt naar het heden.

Het inschatten van de inkomsten en uitgaven wordt gedaan aan de hand van het scenario uitponden. De waarde van de eigendomsparticipatie is verbonden aan de tijdsverwachting dat de Koper eventuele tussentijdse afkoop en de koopsom voor het verwerven van het bloot eigendom heeft voldaan.

De belangrijkste gehanteerde parameters bij de bepaling van de marktwaarde van de eigendomsparticipaties zijn:

  • disconteringsvoet van 6,34% (2021: 5,50%);
  • indexering van uitgestelde betalingen op basis van prijsindex bestaande koopwoningen van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS);
  • tussentijdse bijkopen is ingeschat op 1%;
  • de tijdsverwachting voor een tussentijdse afkoop is ingeschat op basis van inkomensstijging en discrepantie tussen regio index en de daadwerkelijke waardestijging;
  • jaarlijkse beheerkosten van € 153,- euro per participatie (2021: €149,-).

9.1.3 Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie (M11021)

VASTGOEDBELEGGINGEN 31-12-2022 31-12-2021
Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie    
Aanschafprijs 23.069 20.853
Cumulatieve waardeverminderingen 190 -4.918
Boekwaarde per 1 januari 23.259 15.935
Verantwoord als voorziening onrendabele investeringen - -
Boekwaarde onder aftrek van voorziening per 1 januari 23.259 15.935
     
Mutaties    
- Investeringen 10.872 22.130
- Overboeking naar DAEB vastgoed in exploitatie -26.153 -19.914
- Overboeking naar niet-DAEB vastgoed in exploitatie - -
- Waardeveranderingen -1.876 5.108
Totaal mutaties -17.157 7.324
     
Aanschafprijs 7.788 23.069
Cumulatieve waardeverminderingen -1.686 190
Balanswaarde per 31 december 6.102 23.259
Verantwoord als voorziening onrendabele investeringen 315 -
Boekwaarde onder aftrek van voorziening per 31 december 6.417 23.259

In het boekjaar werd ter zake van het vastgoed in ontwikkeling een bedrag ad € 0,35 miljoen aan bouwrente geactiveerd (2021: € 0,57 miljoen). Bij niet specifiek gefinancierde projecten werd een gemiddelde rentevoet gehanteerd van 2,87% (2021: 3,17%).

9.2. Materiële vaste activa (M1102)

9.2.1 Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie (M11022)

MATERIELE VASTE ACTIVA Kantoor-gebouw Inventaris Automatisering Vervoer-middelen Totaal
Onroerende zaken en roerende zaken ten dienste van de exploitatie          
Verkrijgingsprijzen 10.977 86 962 12 12.037
Cumulatieve afschrijvingen -2.356 -43 -525 -12 -2.936
           
Boekwaarde per 1 januari 8.621 43 437 - 9.101
Mutaties in het boekjaar:          
- Investeringen 384 42 288 - 714
- Desinvesteringen (aanschafwaarde) -108 - - -12 -120
- Desinvesteringen (gecorrigeerde afschrijving) 23 - - 12 35
- Afschrijvingen -212 -9 -163 - -384
Totale mutaties 87 33 125 - 245
           
Verkrijgingsprijzen 11.253 128 1.250 - 12.631
Cumulatieve afschrijvingen -2.545 -52 -688 - -3.285
Boekwaarde per 31 december 8.708 76 562 - 9.346

De WOZ-waarde van de onroerende zaken ten dienste van de exploitatie bedraagt € 2,6 miljoen (2021: € 2,3 miljoen).

9.3. Financiële vaste activa (M1103)

9.3.1 Andere deelnemingen (M11033)

FINANCIËLE VASTE ACTIVA 31-12-2022 31-12-2021
Andere deelnemingen    
Aandeel WoningNet N.V.    
Beginwaarde per 1 januari 2 2
- Mutaties in boekjaar - -
Eindwaarde per 31 december 2 2

Dudok Wonen heeft een belang in WoningNet NV. Dit betreft een 75% storting op een aandeel in WoningNet. WoningNet werd in 2001 opgericht om corporaties optimaal te ondersteunen bij het verhuren van hun woningen.

9.3.2 Latente belastingvordering(en) (M11035)

Zie voor de toelichting op de latente belastingpositie 9.7.1 Latente belastingverplichting (M11072).

9.3.3 Overige vorderingen (M11039)

FINANCIËLE VASTE ACTIVA 31-12-2022 31-12-2021
Overige vorderingen    
Vorderingen Kopen naar Wens “Nieuwe” 102% contracten 16.788 23.533
Amortisatie leningen 12.138 12.463
Stand per 31 december 28.926 35.996

Vorderingen Kopen naar Wens “Nieuwe” 102% contracten

FINANCIËLE VASTE ACTIVA 31-12-2022 31-12-2021
Vorderingen Kopen naar Wens (bedrag)    
Nominale waarde per 1 januari 26.740 19.578
Mutaties in het boekjaar:    
- Nieuw 5.990 5.375
- Afkoop -784 -456
- Indexering 5.023 2.243
Nominale waarde per 31 december 36.969 26.740
- Niet-gerealiseerde waardeveranderingen -20.181 -3.207
Stand per 31 december 16.788 23.533
Vorderingen Kopen naar Wens (aantal)    
Stand per 1 januari 214 172
Mutaties in het boekjaar:    
- Nieuw 51 46
- Afkoop -7 -4
Stand per 31 december 258 214

De actuele waarde van de vorderingen Kopen naar Wens is gebaseerd op de reële waarde. Dit is de contante waarde van de in te toekomst te ontvangen betalingen, waarbij de disconteringstermijn wordt ingeschat op basis van de verwachte gemiddelde bewoningsduur tot afname van het erfpachtrecht. De waardering bedraagt € 16,8 miljoen.

De actuele waarde is berekend met een eigen rekenmodel. De marktwaardewaarderingen zijn tot stand gekomen met inachtneming van het waarderingsprotocol, de procesrichtlijnen en uitvoeringsrichtlijnen die door Dudok Wonen zijn opgesteld.

Voor het bepalen van de marktwaarde maakt het rekenmodel gebruik van de netto contante waarde van de toekomstige kasstromen.

Voor de gehele verwachte looptijd worden de inkomsten en uitgaven, zo goed mogelijk geschat en aan de hand van een disconteringsvoet ‘contant’ gemaakt naar het heden.

Het inschatten van de inkomsten en uitgaven wordt gedaan aan de hand van het scenario uitponden. De waarde van de eigendomsparticipatie is verbonden aan de tijdsverwachting dat de Koper eventuele tussentijdse afkoop en de koopsom voor het verwerven van het bloot eigendom heeft voldaan.

De belangrijkste gehanteerde parameters bij de bepaling van de marktwaarde van de eigendomsparticipaties zijn:

  • disconteringsvoet van 4,8% (2021: 1,99%);
  • indexering van uitgestelde betalingen op basis van prijsindex bestaande koopwoningen van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS);
  • tussentijdse bijkopen is ingeschat op 1,3% (2021: 1,3%);
  • de tijdsverwachting voor een tussentijdse afkoop is ingeschat op basis van inkomensstijging en discrepantie tussen regio index en de daadwerkelijke waardestijging;
  • Jaarlijkse beheerkosten van € 153,- euro per participatie (2021: € 149,-).

Amortisatie leningen

FINANCIËLE VASTE ACTIVA 31-12-2022 31-12-2021
Amortisatie leningen    
Nominale waarde per 1 januari 12.463 12.788
Mutaties in het boekjaar:    
- toevoegingen - -
- Aflossing/afschrijving -325 -325
Stand per 31 december 12.138 12.463

In 2019 heeft Dudok Wonen besloten tot de doorzak van derivaat in een vastrentende lening. Hierdoor is een vervangende lening ontstaan met een hogere rente dan de op dat moment geldende marktrente. Zodoende ontstond een verschil tussen marktwaarde en de nominale waarde. Dit verschil is als geamortiseerde kostprijs onder overige vorderingen opgenomen.

9.4. Vorderingen (M1112)

9.4.1 Huurdebiteuren (M11120)

VORDERINGEN 31-12-2022 31-12-2021
Huurdebiteuren    
Huurdebiteuren 658 834
Voorziening dubieuze huurdebiteuren -328 -348
Stand per 31 december 330 486

De vorderingen zijn opgenomen tegen nominale waarde, rekening houdend met een voorziening voor mogelijke oninbaarheid. De voorziening is gebaseerd op een ouderdomsanalyse van de openstaande vorderingen.

9.4.2 Belastingen en premies sociale verzekeringen (M11164)

VORDERINGEN 31-12-2022 31-12-2021
Belastingen en premies sociale verzekeringen    
Te vorderen vennootschapsbelasting 5.222 655
Stand per 31 december 5.222 655

9.4.3 Overige vorderingen (M11126)

VORDERINGEN 31-12-2022 31-12-2021
Overige vorderingen    
Overige debiteuren 512 242
Waarborgsommen 262 262
Overige vorderingen 73 29
Stand per 31 december 847 533

Overige debiteuren
De overige debiteuren bestaan voornamelijk uit vorderingen met betrekking tot nieuwbouw verkoop. 

Overige vorderingen
Onder de overige vorderingen zijn geen posten opgenomen met een looptijd langer dan een jaar.
 

9.4.4 Overlopende activa (M11127)

Onder de overlopende activa zijn geen posten opgenomen met een looptijd langer dan een jaar.

9.5. Liquide middelen (M1114)

LIQUIDE MIDDELEN 31-12-2022 31-12-2021
Liquide middelen    
Vrij opneembare banktegoeden 32.548 15.100
Stand per 31 december 32.548 15.100

9.6. Eigen Vermogen (M1105)

Voor de toelichting op het eigen vermogen wordt verwezen naar paragraaf 14.4 Eigen vermogen.

9.7. Voorzieningen (M1107)

9.7.1 Latente belastingverplichting (M11072)

VOORZIENINGEN 31/12/2022 31/12/2021
Latente belastingverplichting    
Beginwaarde per 1 januari -4.727 -5.440
Mutaties in het boekjaar:    
- Toename/Vrijval ten laste van winst- en verliesrekening 6.986 713
     
Eindwaarde per 31 december 2.259 -4.727

De belasting latenties zijn berekend over tijdelijk verrekenbare verschillen uit hoofde van waardering van vastgoedbeleggingen, onroerende zaken – kopen naar wens, leningen, alsmede de herinvesteringsreserve en de voorwaartse verliescompensatie. De post belasting latenties betreft de tot waardering gebrachte tijdelijke belastbare verschillen ad € 2,2 miljoen (2021: 4,7 miljoen tijdelijke verrekenbare verschillen) en bestaat in 2022 uit de volgende onderdelen:

  • De verrekenbare tijdelijke verschillen: De disagio waardering lening portefeuille € 0,3 miljoen (2021: € 0,5 miljoen).
  • De belastbare tijdelijke verschillen: De voorziening grootonderhoud € 2,5 miljoen (2021: € 0).

Nadere toelichting per onderdeel van de belastinglatentie inzake tijdelijke verschillen:

  • Het tijdelijke verschil inzake de extendible lening bedraagt nominaal € 0 (2021: € 3,8 miljoen) en is gewaardeerd tegen contante waarde.
    De Belastingdienst is akkoord gegaan met de on balance waardering van het embedded derivaat. Hierdoor is er geen verschil meer tussen de commerciële- en fiscale waardering.
  • Het tijdelijke verschil inzake de leningenportefeuille bedraagt nominaal € 1,8 miljoen (2021: € 1,8 miljoen) en is gewaardeerd tegen nominale waarde, De latente belastingvordering bedraagt € 0,3 miljoen (2021: € 0,5 miljoen) en is verwerkt in de balans. De gemiddelde gewogen looptijd van dit tijdelijke verschil bedraagt 14 jaar (2021: 15 jaar). Het bedrag met een looptijd kleiner dan 1 jaar bedraagt € 0,1 miljoen (alleen disagio leningen).
  • Een bedrag van € 4,0 miljoen is aan volkshuisvestelijke bijdrage ten laste van het resultaat gebracht inzake de leningruil met Stichting Vestia. Tussen de Belastingdienst en de corporatiesector is een vaststellingsovereenkomst gesloten over de fiscale verwerking hiervan. Hierin is afgesproken dat de volkshuisvestelijke bijdrage fiscaal gespreid over 2 jaar ten laste van het resultaat gebracht dient te worden gebracht en niet kwalificeert als rente onder de ATAD-renteaftrekbeperking. Voor dit tijdelijke verschil is in 2021 en 2022 een fiscale correctie gemaakt van € 2,0 miljoen (fiscaal hoger resultaat). De latente belastingvordering bedraagt op 31 december 2022 € 0 (2021: € 2 miljoen).
  • Met ingang van 1 januari 2019 is de ATAD-richtlijn van toepassing waardoor voor de bepaling van het fiscaal belastbaar bedrag de renteaftrek beperkt is. De aftrekbeperking ziet toe op het meerdere van 20% van de fiscale EBITDA met een ondergrens van € 1 miljoen (ATAD-norm). Indien in toekomstige jaren de rente daalt onder de hiervoor genoemde ATAD-norm is de eerder niet in aftrek genomen rente alsnog aftrekbaar. Hierdoor ontstaat een tijdelijk verschil. Voor het saldo niet aftrekbare renten tot en met 2022 is ingeschat of deze redelijkerwijs binnen 10 jaar wordt verrekend. Dudok Wonen heeft op basis van totale rentekosten vastgesteld dat voor het jaar 2022 de rente niet in aftrek wordt beperkt. Daarnaast is het resterende bedrag aan voorwaarts verrekenbare rentekosten ad €10.426.503 alsnog in het jaar 2022 in aftrek gebracht. Ultimo 2022 heeft Dudok geen voorwaarts verrekenbare rentekosten meer.
  • Vastgoedbeleggingen die in de komende jaren naar verwachting blijvend zullen worden verhuurd en waarvan de commerciële waarde per complex verschilt van de fiscale waarde. Het verschil bedraagt € 341 miljoen (2021: € 262 miljoen). Er wordt voor dit verschil geen latentie gevormd omdat dit vastgoed fiscaal niet afwikkelt. De fiscale waarde van dit vastgoed betreft een bedrag van € 989 miljoen (2021: € 990 miljoen). De commerciële waarde van dit vastgoed betreft een bedrag van € 1.329 miljoen (2021: € 1.252 miljoen). De nominale latente belastingvordering bedraagt € 88 miljoen (2021: € 68 miljoen), zijnde 25,8% over het verschil tussen fiscale waarde en boekwaarde.
  • Het verschil inzake de vastgoedbeleggingen in exploitatie waarvan verwacht wordt dat deze in de komende vijf jaar worden verkocht bedraagt € 2,8 miljoen (2021: € 13,6 miljoen). De nominale waarde van de latente belastingverplichting bedraagt € 0,7 miljoen (2021: € 3,7 miljoen). Omdat bij verkoop gebruik wordt gemaakt van de herinvesteringsreserve, er sprake is van fiscale boekwinst bij verkoop, en wordt voldaan aan RJ272.405 wordt voor dit verschil geen latentie gevormd.
  • Het tijdelijke verschil inzake onroerende zaken - Kopen naar Wens bedraagt € 25,1 miljoen (2021: € 11,2 miljoen). De fiscale waarde is hoger dan de boekwaarde. Gelet op het ontbreken van de beschikkingsmacht bij Dudok Wonen inzake het moment van uitkoop is dit tijdelijke verschil niet in de balans gewaardeerd. De latente belastingverplichting bedraagt € 6,5 miljoen (2021: € 2,9 miljoen).
  • De belastingdienst is in bezwaar akkoord gegaan met een dotatie aan de onderhoudsvoorziening ad € 9.930.251. De Belastingdienst heeft in dit kader een VSO gesloten met Dudok. In de VSO is afgesproken dat de voorziening voor 50% van de berekende waarde kan worden gevormd en dat deze wordt bevroren tot en met het jaar 2025. Van de vorderingen is een bedrag ad € 0,1 miljoen (2021: € 0,5 miljoen) naar verwachting verrekenbaar binnen 1 jaar.

9.7.2 Voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen (M11073)

Voor de toelichting van de voorziening voor onrendabele investeringen en herstructureringen wordt verwezen naar paragraaf 9.1.3 ‘vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie’.

De voorziening onrendabele investeringen heeft een looptijd van korter dan 1 jaar.

9.7.3 Overige voorzieningen (M11074)

In 2022 heeft Dudok Wonen 1 verzilverde woning verkocht. In totaal heeft Dudok Wonen ultimo 2022 11 verzilverde woningen in haar bezit.

Onder de overige voorzieningen is een bedrag van € 0,1 miljoen opgenomen inzake claims van oud-medewerkers. Het bedrag van de voorziening dat naar verwachting binnen 1 jaar afwikkelt bedraagt € 0. Het bedrag van de voorziening dat naar verwachting na meer dan 5 jaar afwikkelt bedraagt € 0.

9.8. Langlopende schulden (M1108)

9.8.1 Schulden/leningen overheid (M11080) en kredietinstellingen (M11081)

LANGLOPENDE SCHULDEN 31/12/2022 31/12/2021
Leningen kredietinstellingen    
Balans per 1 januari 240.934 234.792
Mutaties:    
- Bij: nieuwe leningen (initieel gewaardeerd tegen reële waarde, 20.000 15.561
vervolgwaardering tegen geamortiseerde kostprijs)    
- Af: contract aflossingen -23.178 -9.177
- Bij: geamortiseerde rente 87 83
- Af: afschrijving agio -415 -325
Sub totaal 237.428 240.934
     
Af: aflossingsverplichting komend jaar -2.961 -3.282
Balans per 31 december 234.467 237.652

De aflossingsverplichting (totaal € 3,0 miljoen) binnen 12 maanden na afloop van het jaar is opgenomen onder kortlopende schulden.

De kenmerken van de leningenportefeuille zijn als volgt:

  • De gewogen gemiddelde rentevoet van het totale bestand aan leningen bedraagt 2,83% (2021: 2,86%).
  • De gewogen gemiddelde looptijd van de leningenportefeuille excl. rollover leningen bedraagt 19,2 jaar (2021: 20,1 jaar) en incl. rollover leningen 17,6 jaar (2021: 18,6 jaar).
  • De duration van de leningenportefeuille excl. rollover leningen bedraagt 10,4 jaar (2021: 12,9  jaar) en incl. rollover leningen 8,7 jaar (2021: 11,2 jaar).
  • De leningen van de overheid en kredietinstellingen zijn volledig ter financiering van vastgoed en zijn volledig voor € 221,4 miljoen (2021: voor € 224,3 miljoen) geborgd door het WSW (2021: voor € 0,2 miljoen niet geborgd).
LANGLOPENDE SCHULDEN - Leningen kredietinstellingen    
Looptijd 31/12/2022 31/12/2021
< 1 jaar 2.961 3.283
1-5 jaar 43.125 16.434
> 5 jaar 191.342 221.304
Balans per 31 december 237.428 241.021
LANGLOPENDE SCHULDEN - Leningen kredietinstellingen        
Soorten leningen Aantal
31-12-2022
Bedrag
31-12-2022
Aantal
31-12-2021
Bedrag
31-12-2021
Vastrentende leningen 25 174.428 26 178.021
Variabel rentende leningen 4 38.000 4 38.000
Extendible leningen 1 25.000 1 25.000
Balans per 31 december 30 237.428 31 241.021

Vastrentende leningen
De rente van de vastrentende leningen is of voor de gehele looptijd gefixeerd of tot het renteherzieningsmoment.

Variabel rentende leningen
Ultimo 2022 zijn er 4 variabel rentende leningen (zogeheten roll-over leningen) met in totaal een hoofdsom van € 38 miljoen. Hiervan is per 31 december 2022 € 38 miljoen opgenomen. Voor deze roll-over leningen geldt een variabele rente gebaseerd op 3-maands of 6-maands Euribor plus opslag. Met het doel het renterisico op deze leningen te beperken is een renteswap afgesloten ter dekking van nominaal € 25 miljoen. Deze afgeleide financiële instrumenten worden in paragraaf 9.11.4 nader toegelicht.

Extendible lening
De extendible moet worden gezien als twee afzonderlijke instrumenten: de ‘kale’ lening en de geschreven receiver swaption. Voor alle financiële instrumenten geldt dat de eerste waardering gelijk is aan de reële waarde. Op grond hiervan is eerst de reële waarde van de swaption bepaald. Het restant met de reële waarde van de extendible lening als geheel wordt vervolgens geacht de reële waarde van de lening te zijn.
De initiële reële waarde van de swaption is gelijk aan de impliciet (te) ontvangen premie voor de swaption. Doorgaans komt dit bij een extendible lening tot uitdrukking in een lager dan marktconform rentepercentage (te zien als rentekorting) in de eerste periode van de lening. De reële waarde is dus gelijk aan de contante waarde van deze rentekorting.

De initiële reële waarde van de renteswap op het afsluitmoment is bepaald op € 0,97 miljoen negatief. Dit betekent dat de reële waarde van de lening € 24,03 miljoen bij afsluiten bedroeg. Het totaalbedrag bedroeg nominaal € 25,0 miljoen.

De rentelast in de winst- en verliesrekening met betrekking tot de extendible in 2022 bedraagt € 1,12 miljoen  (2021: € 1,12 miljoen). Dit bedrag bestaat uit € 0,09 miljoen aan geamortiseerde rente en € 1,03 miljoen aan betaalde rente.
Als gevolg van de uitoefening van swaption is de embedded swaption komen te vervallen ultimo 2022. De negatieve waarde van € 14,7 miljoen ultimo 2022 is vrijgevallen ten gunste van het renteresultaat.

Renterisico bij herfinanciering
Het rente- en looptijdenbeleid is erop gericht jaarlijks niet meer dan 15% renterisico bij herfinanciering te lopen. Het renterisico (in % van de restant hoofdsom aan het begin van het jaar) wordt berekend als de som van:

  • het bedrag aan aflossingen van leningen in een jaar, vermeerderd met
  • de restant hoofdsom van rentetypisch langlopende financiering die in een jaar een renteaanpassing krijgen, én.
  • de hoofdsom van rentetypisch kortlopende financiering (zijnde variabel rentende leningen) die in een jaar minimaal één renteaanpassing krijgen, waarbij
  • Spread- of opslagherzieningen voor de helft van het nominale schuldrestant worden meegewogen.

Op basis van de bestaande leningenportefeuille in de toegelaten instelling ziet het renterisico er per ultimo 2022 als volgt uit:

9.8.2 Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken – Kopen naar Wens “oude” contracten (M11084)

LANGLOPENDE SCHULDEN 2022 2021
Overige schulden - Vooruit ontvangen bedragen ‘Kopen Naar Wens’    
Stand per 1 januari 35.632 37.207
Mutaties in het boekjaar:    
- Afkoop -1.071 -1.575
     
Stand per 31 december 34.561 35.632
KOPEN NAAR WENS 2022 2021
Aantal mutaties in het jaar:    
Stand per 1 januari 360 375
     
Mutaties in het boekjaar:    
- Afkoop -11 -15
Stand per 31 december 349 360

Hier zijn de vooruit ontvangen bedragen ‘Kopen naar Wens’ opgenomen. Deze dienen in relatie gezien te worden met de eigendomsparticipaties (paragraaf 9.1.2).
Nagenoeg alle ‘Kopen naar Wens’ koopproducten zijn door de kopers gefinancierd met een hypothecaire lening onder voorwaarde van Nationale Hypotheekgarantie (NHG). Het Waarborgfonds Eigen Woningen garandeert dat NHG van toepassing is onder voorwaarde dat Verkoper (Dudok Wonen) bij dreigende executie de woning terugkoopt tegen de dan geldende marktwaarde, onder verrekening van de eigendomsparticipatie.

9.8.3 Overige schulden (M11083)

LANGLOPENDE SCHULDEN 31-12-2022 31-12-2021
Overige schulden - Waarborgsommen    
Stand per 1 januari 702 717
Mutaties in het boekjaar:    
- Toevoegingen 69 88
- Onttrekkingen -88 -103
Stand per 31 december 683 702
Overige schulden - Embedded    
Stand per 1 januari 14.660 17.368
Mutaties in het boekjaar:    
- Toevoegingen - -
- Ontrekkingen -14.660  -2.708 
Stand per 31 december - 14.660
TOTAAL 683 15.362

De overige schulden betreffen de van huurders ontvangen waarborgsommen uit hoofde van huurovereenkomsten en dienen als eerste zekerheid voor de voldoening van eventueel verschuldigde achterstallige huur en mutatiekosten. De waarborgsommen zijn inclusief rente en worden bij beëindiging van de huurovereenkomst verrekend.
De waarborgsommen hebben een looptijd langer dan een jaar.

De post “embedded” is als gevolg van het uitoefenen van de in 9.8.1 vermelde receiver swaption vervallen.

9.9. Kortlopende schulden (M1116)

9.9.1 Schulden aan kredietinstellingen (M11160)

KORTLOPENDE SCHULDEN 31/12/2022 31/12/2021
Schulden aan kredietinstellingen    
Kortlopend deel van de langlopende leningen 2.961 3.282
Stand per 31 december 2.961 3.282

Dudok Wonen heeft daarnaast ultimo 2022 bij de Bank Nederlandse Gemeenten een rekening courantfaciliteit ter grootte van € 10 miljoen (2021: € 10 miljoen). Zie ook paragraaf 9.10.2.

9.9.2 Belastingen en premies sociale verzekeringen (M11164)

KORTLOPENDE SCHULDEN 31/12/2022 31/12/2021
Belastingen en premies sociale verzekeringen    
Te betalen BTW 1.117 2.468
Loonheffing en sociale lasten 184 195
Stand per 31 december 1.301 2.664

9.9.3 Overige schulden (M11167)

KORTLOPENDE SCHULDEN 31-12-2022 31-12-2021
Overige schulden    
Serviceabonnement 85 99
Af te rekenen leveringen en diensten 278 337
Reserveringen vakantie uren 196 196
Diversen 2 7
Stand per 31 december 561 639

9.9.4 Overlopende passiva (M11168)

KORTLOPENDE SCHULDEN 31-12-2022 31-12-2021
Overlopende passiva    
Niet vervallen rente 2.885 2.864
Vooruit ontvangen huren 749 801
Diversen 516 386
Stand per 31 december 4.150 4.051

9.10. Financiële instrumenten

9.10.1 Algemeen

Dudok Wonen maakt in de normale bedrijfsuitoefening conform haar treasurystatuut gebruik van uiteenlopende financiële instrumenten die Dudok Wonen blootstellen aan markt- en/of kredietrisico’s en derivaten die deze afdekken. Het betreft per balansdatum een interest derivaat om toekomstige kasstromen af te dekken.

Dudok Wonen handelt niet in deze financiële instrumenten en heeft procedures en gedragslijnen om de omvang van het kredietrisico bij elke tegenpartij of markt te beperken; de instrumenten zijn defensief ingezet. Bij het niet nakomen door een tegenpartij van de aan Dudok Wonen verschuldigde betalingen blijven eventuele daaruit voortvloeiende verliezen beperkt tot de marktwaarde van de desbetreffende instrumenten. De contractwaarde of fictieve hoofdsommen van de financiële instrumenten zijn slechts een indicatie van de mate waarin van dergelijke financiële instrumenten gebruik wordt gemaakt en niet van het bedrag van de krediet- of marktrisico’s.

9.10.2 Kredietrisico

Dudok Wonen loopt kredietrisico over financiële vaste activa en vorderingen.

Het maximale kredietrisico inzake vorderingen bedraagt € 1,1 miljoen. De vorderingen van Dudok Wonen uit hoofde van huurdebiteuren ad € 0,3 miljoen zijn gespreid over een groot aantal huurders.

De liquide middelen per 31 december 2022 zijn verdeeld over BNG Bank, Rabobank en ING Bank. Er staat per saldo € 26,3 miljoen op rekeningen bij BNG Bank. Bij Rabobank staat € 5,8 miljoen uit en bij ING staat € 0,4 miljoen uit. Deze banken hadden alle per 31 december 2021 een rating van A of hoger bij de kredietbeoordelaars S&P, Moody’s en Fitch.

9.10.3 Renterisico en kasstroomrisico

Dudok Wonen loopt renterisico over de rentedragende vorderingen en schulden. Voor vorderingen en schulden met variabele renteafspraken loopt Dudok Wonen risico ten aanzien van de toekomstige kasstromen, met betrekking tot vastrentende vorderingen en schulden loopt Dudok Wonen risico’s over de marktwaarde.

De gemiddelde rentevoet op de leningenportefeuille bedraagt 2,83%. In de periode 2023- 2027 wordt € 46,0 miljoen afgelost. Op basis van de gemiddelde rentevoet dalen de rentelasten in 2027 als gevolg van de aflossingen met circa € 1,3 miljoen. Daarnaast wordt in de periode 2023 – 2027 voor € 63 miljoen de rente herzien. De herfinancieringsbehoefte in de periode 2023- 2027 bedraagt € 26 miljoen. Op basis van de huidige gemiddelde rentevoet bedragen de rentelasten voor de herfinancieringsbehoefte € 1,78 miljoen in 2027. Bij een structurele stijging van de rentevoet met 1% ten opzichte van de gemiddelde rentevoet, dus naar 3,83%, bedraagt het renterisico van herfinancieringsbehoefte in 2027 € 0,46 miljoen per jaar. Het renterisico over de renteherzieningen bedraagt € 0,63 miljoen per jaar.

Zie voor een nadere toelichting inzake de renteherzienings- en aflossingsmomenten, ‘concentratie liquiditeitsrisico’ onder punt 9.8.1.

9.10.4 Concentratie liquiditeitsrisico

Uit onderstaande opstelling blijkt dat het liquiditeitsrisico is geconcentreerd bij N.V. Bank Nederlandse Gemeenten (BNG Bank) en de Nederlandse Waterschapsbank N.V. (NWB Bank). BNG Bank is als structuurvennootschap een bank van en voor overheden en instellingen van maatschappelijk belang. De aandeelhouders van de bank zijn uitsluitend overheden. De Staat is houder van de helft van de aandelen en de andere helft is in handen van gemeenten, provincies en een hoogheemraadschap. De NWB Bank is een financiële dienstverlener voor de overheidssector. Alle aandelen van de bank zijn in handen van overheden. Het liquiditeitsrisico is hiermee vrijwel gelijk aan dat van de Nederlandse staat. Per ultimo van 2022 hadden beide banken de hoogste credit rating van Moody’s en Standard en Poor’s (Aaa respectievelijk AAA). BNG Bank heeft voorts een AAA credit rating van Fitch.

Geldgevers

Bovenstaande grafiek in tabel-vorm:

Geldgevers  
BNG 0.68
NWB 0.18
Overig 0.14

Verdeling gebaseerd op nominale restschuld.

Liquiditeitsrisico
Relevante indicatoren voor het liquiditeitsrisico dat loopt per balansdatum zijn als volgt:

LIQUIDITEITSRISICO 31-12-2022
   
Banktegoed per 1 januari 2022 32.548
Kredietlimiet 10.000
Geprognosticeerd overschot operationele kasstromen 10.671
Geprognosticeerde investeringen en desinvesteringen -6.534
Aflossingen -27.668
Financieringsbehoefte 19.017
   
Nog niet benutte borgingsruimte WSW 25.218*

9.10.5 Reële waarde

De reële waarde van de in de balans verantwoorde financiële instrumenten zoals vorderingen, liquide middelen en kortlopende schulden, benadert de boekwaarde ervan.

De reële waarde van de schulden aan overheid en kredietinstellingen bedraagt ultimo 2022 € 217,3 miljoen (2021: € 279,8 miljoen) en is daarbij gebaseerd op de kasstromen van de leningenportefeuille (exclusief rentederivaten). De disconteringsvoet is gebaseerd op de rentecurve van de 6-maands Euribor. Het nominale schuldrestant bedraagt ultimo 2022 € 221,3 miljoen (2021: € 224,6 miljoen).

De reële waarde van de afgeleide financiële instrumenten is in paragraaf 9.11.4 opgenomen.

De reële waarde van de overige langlopende schulden benadert de boekwaarde ervan.

9.10.6 Valutarisico

Dudok Wonen is alleen werkzaam in Nederland en loopt geen valutarisico’s.

9.11. Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen

Niet in de balans opgenomen activa

9.11.1 Terugkooprecht verkochte woningen

In het navolgende overzicht is het aantal verkochte woningen opgenomen, waarvoor Dudok Wonen het terugkooprecht heeft.

TERUGKOOPRECHT VERKOCHTE WONINGEN    
Verkoopproduct Aantal 2022 Aantal 2021
Koop Goedkoop 1.014 1.135
Kopen naar Wens 607 574
  1.621 1.709

Het terugkooprecht houdt in dat de woning bij verkoop door de koper eerst aan Dudok Wonen te koop dient te worden aangeboden voor de dan geldende marktwaarde. Indien Dudok Wonen geen gebruik maakt van het terugkooprecht, kan de koper de woning te koop aanbieden op de vrije markt.

9.11.2 Opstalrechten Verenigingen v Eigenaren

Op 61 VvE-complexen heeft Dudok Wonen het recht van opstal gevestigd. Dudok Wonen heeft de bevoegdheid tot het in eigendom hebben, het aanbrengen, beheren/onderhouden en (indien nodig) vernieuwen en vervangen van energieopwekkende en/of milieubesparende installaties en toebehoren op, in, aan en boven het gebouw.

Niet in de balans opgenomen verplichtingen

9.11.3 Obligoverplichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw

De woningcorporatie heeft op grond van artikel 10, lid 2 onder c van het Reglement van Deelneming van WSW een obligolening aangetrokken. De lening sluit aan op hetgeen is vereist. Dit betekent dat de hoofdsom overeenkomt met 2,6% van het geborgd schuldrestant ultimo 2022. Op deze lening kan alleen een trekking worden gedaan als WSW daartoe een verzoek heeft gedaan en de woningcorporatie niet binnen 10 werkdagen na dit verzoek kan storten. Een dergelijk verzoek van WSW is pas aan de orde als het jaarlijks obligo niet toereikend is. Op basis van de prognoses van WSW is dit op basis van de huidige verplichtingen niet aan de orde. In het geval van een eventuele storting, zal deze rechtstreeks ten gunste van WSW worden uitbetaald en nadien moeten worden afgelost door de woningcorporatie.

9.11.4 Afgeleide financiële instrumenten

Dudok Wonen heeft de volgende afgeleide financiële instrumenten:

RENTE DERIVATEN  
Rente derivaten Aantal
Renteswaps ('plain vanilla') 1

Renteswaps

RENTE DERIVATEN                
Swap nr. Tegenpartij Bedrag lening Rentepercentage   Startdatum Einddatum Hedge Marktwaarde
      Variabel Vast        
1. ING 25.000 3mnd Euribor 4,520 30/11/2007 30/11/2027 25.000 -1.609
    25.000         25.000 -1.609

In 2022 heeft Dudok Wonen geen nieuwe afgeleide financiële instrumenten aangetrokken.

Effectiviteit hedgerelaties:
De wijzigingen in reële waarde van renteswaps waarop kostprijs hedge accounting wordt toegepast en de in de winst-en-verliesrekening verwerkte ineffectiviteit, is ultimo boekjaar als volgt:

HEDGERELATIE Wijzigingen in reële waarde sinds eerste verwerking
Renteswaps in een hedgerelatie € 25 miljoen
Effectieve deel van de hedgerelatie € 25 miljoen
Totale ineffectiviteit € -
In de winst-en-verliesrekening verwerkte ineffectiviteit € -

Toezicht belemmerende bepalingen:
Er was in 2022 geen sprake van toezicht belemmerende bepalingen uit hoofde van het bepaalde in de beleidsregels financiële derivaten toegelaten instellingen volkshuisvesting.

9.11.5 Investeringsverplichtingen

Er zijn niet in de balans opgenomen verplichtingen voor nieuwbouw, aankoop van woningen en herstructurering van woningen tot een bedrag van € 36,1 miljoen (2021: € 7,9 miljoen). Dit heeft betrekking op een aantal (grootschalige) projecten welke in uitvoering zijn gegaan.

9.11.6 Contractonderhoudsverplichtingen

In het kader van onderhoud aan gebouwen en individuele woningen zijn met verschillende onderhoudsbedrijven verplichtingen aangegaan. Het contractonderhoud bestaat voornamelijk uit:

  • Liftonderhoud;
  • CV/WW-onderhoud;
  • onderhoud aan brandmeldinstallaties;
  • onderhoud aan mechanische ventilatie;
  • centrale deuropeners.

Alle verplichtingen zijn 1-jarig. De totale verplichting voor 2022 wordt becijferd op € 1,3 miljoen (2021: € 1,2 miljoen).

9.11.7 Verplichtingen Verenigingen van Eigenaren

De Verenigingen van Eigenaren (VvE) zijn zelfstandige juridische entiteiten en beschikken elk over een reservefonds of onderhoudsvoorziening. Het totaal van de reservefondsen van deze VvE’s bedraagt ultimo 2022 € 11,2 miljoen tegen € 10,1 miljoen ultimo 2021.

Op basis van de eigendomsverhouding bedraagt het aandeel van Dudok Wonen in deze reservefondsen € 6,9 miljoen ultimo 2022 tegen € 6,2 miljoen ultimo 2021.

Ten behoeve van de verkoop van appartementen zijn deze VvE’s opgericht. Ter voorkoming van achterstallig onderhoud in de eerste jaren van het bestaan van de verenigingen, stelt Dudok Wonen aan de vereniging een ‘bruidsschat’ ter beschikking gebaseerd op de eerste 10 jaar van de meerjaren-onderhoudsbegroting.

9.11.8 Leaseverplichtingen

Dudok Wonen is leaseverplichtingen aangegaan voor een groot deel van haar wagenpark. De verplichting voor 2022 bedraagt circa € 0,1 miljoen (2021: € 0,1 miljoen).

9.11.9 Aansprakelijkheid bij een fiscale eenheid

Stichting Dudok Wonen vormt met de geeloranje gearceerde groepsmaatschappijen zoals opgenomen in het organisatieschema (paragraaf 4.5) een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting en voor de omzetbelasting. Op grond van de standaardvoorwaarden is Dudok Wonen en de met haar gevoegde dochterondernemingen ieder hoofdelijk aansprakelijk voor ter zake door de combinatie verschuldigde belasting.

9.11.10 Jubilea en pensioen

In de cao Woondiensten is geregeld dat de werknemers bij dienstjubilea of pensionering een gratificatie ontvangen. Ultimo boekjaar wordt de verplichting geschat op ongeveer € 0,2 miljoen (2021: € 0,2 miljoen).

9.11.11 Loopbaanontwikkeling

In de cao Woondiensten is geregeld dat de werknemers recht hebben op een budget voor loopbaanontwikkeling. Werknemers hebben naar rato van FTE recht op een budget van € 900,- per jaar voor loopbaanontwikkeling tot een maximum saldo van € 4.500,-. Medewerkers die het maximum saldo van € 4.500,- nog niet hebben bereikt ontvangen jaarlijks een dotatie van € 900,- tot het maximum saldo is bereikt. Ultimo boekjaar wordt de verplichting becijferd op ongeveer € 0,1 miljoen (2021: € 0,1 miljoen).

9.12. Verbonden partijen

Met een aantal van haar deelnemingen heeft Dudok Wonen naast haar aandelenbelang ook een zakelijke relatie, waarbij producten (veelal onroerende zaken bestemt voor de verhuur) en/of diensten van de betreffende deelnemingen worden afgenomen. Deze transacties zijn steeds gebaseerd op gebruikelijke contractuele afspraken waarbij marktconforme condities zijn overeengekomen.

9.13. Gebeurtenissen na balansdatum

Er zijn geen gebeurtenissen na balansdatum.

10. Toelichting op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening

10.1. Exploitatie vastgoedportefeuille

10.1.1 Huuropbrengsten

EXPLOITATIE VASTGOEDPORTEFEUILLE 2022 2021
Huren    
Netto huur 51.198 50.107
Kortingen -103 -11
Derving wegens leegstand en oninbaarheid -1.131 -1.469
  49.964 48.627
     
Huurderving in % van de netto huur 2,21% 2,93%
Huurachterstand in % van de netto huur 1,29% 1,66%
Erfpacht    
Erfpacht 2.230 2.428
Kortingen -887 -992
  1.343 1.436
TOTAAL 51.307 50.063

De verandering in huuropbrengsten komt door:
    • huurverhoging per 1 juli 2022;
    • huurharmonisatie;
    • huurverhoging wegens woningverbeteringen;
    • oplevering en aankoop van woningen in 2022;
    • verdwijnen van woningen als gevolg van verkoop, sloop en herstructurering.

De erfpachtopbrengsten zijn van de onder het regime van “Koop Goedkoop” verkochte woningen. Hierop wordt in de eerste tien jaar na verkoop een aflopende korting verstrekt. Indien de woning door de eigenaar weer wordt verkocht, wordt de korting weer opnieuw afgebouwd.

10.1.2 Opbrengsten servicecontracten

Onder de post opbrengsten servicecontracten zijn begrepen alle op grond van de huurovereenkomst aan huurders doorberekende kosten, die betrekking hebben op leveringen en diensten.

10.1.3 Lasten servicecontracten

Dit betreft de kosten die betrekking hebben op leveringen en diensten (zie 10.1.2).

10.1.4 Lasten verhuur en beheeractiviteiten

EXPLOITATIE VASTGOEDPORTEFEUILLE 2022 2021
Lasten verhuur en beheer-activiteiten    
Erfpacht - -2
Toegerekende afschrijvingen -172 -189
Toegerekende personeelskosten -2.043 -1.812
Toegerekende overige bedrijfslasten -2.729 -2.700
  -4.944 -4.703

10.1.5 Lasten onderhoudsactiviteiten

EXPLOITATIE VASTGOEDPORTEFEUILLE 2022 2021
Lasten onderhoudsactiviteiten    
Contractonderhoud -1.290 -1.272
Planmatig onderhoud -4.369 -3.581
Dagelijks onderhoud (klachten en mutatie) -5.117 -4.912
VVE bijdragen onderhoud -1.572 -1.471
Geactiveerde productie 317 372
Toegerekende afschrijvingen -133 -160
Toegerekende personeelskosten -1.785 -1.737
Toegerekende overige bedrijfslasten -1.756 -1.832
  -15.705 -14.593

10.1.6 Overige directe operationele lasten exploitatie bezit

EXPLOITATIE VASTGOEDPORTEFEUILLE 2022 2021
Overige directe operationele lasten exploitatie bezit    
Overige bedrijfsopbrengsten 65 45
Verhuurderheffing -3.706 -4.807
Onroerende zaakbelastingen -1.210 -1.217
Belastingen en heffingen -1.345 -668
Overige -279 -245
  -6.475 -6.892

10.2. Verkoop vastgoedportefeuille

10.2.1 Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille

VERKOOP VASTGOEDPORTEFEUILLE 2022 2021
Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille    
Opbrengst verkopen 27.681 19.987
Direct toerekenbare kosten -753 -650
  26.928 19.337
Per soort opbrengst:    
Koop Goedkoop 11.752 5.339
Kopen naar Wens 14.208 13.076
Vrije verkoop 1.721 1.572
  27.681 19.987
Per soort aantal (woningen):    
Koop Goedkoop 9 15
Kopen naar Wens 51 48
Vrije verkoop 4 4
  64 67

Het aantal Koop Goedkoop gronden dat is bijgekocht en verantwoord onder de Koop Goedkoop opbrengsten bedraagt in 2022 127 eenheden (2021: 42 eenheden).

10.2.2 Toegerekende organisatiekosten

VERKOOP VASTGOEDPORTEFEUILLE 2022 2021
Toegerekende organisatiekosten    
Geactiveerde productie ten behoeve van het eigen bedrijf 422 311
Toegerekende personeelskosten -538 -570
Toegerekende afschrijvingen -42 -52
Toegerekende overige bedrijfslasten -559 -592
  -717 -903

10.2.3 Boekwaarde verkochte vastgoedportefeuille

VERKOOP VASTGOEDPORTEFEUILLE 2022 2021
Boekwaarde vastgoedportefeuille    
Koop Goedkoop  -10.446   -3.521 
Kopen naar Wens  -8.831   -7.973 
Vrije verkoop  -937   -814 
   -20.214   -12.308 

10.3. Overige activiteiten

10.3.1 Overige organisatiekosten

OVERIGE ACTIVITEITEN 2022 2021
Overige organisatiekosten    
Toegerekende personeelskosten -1.916 -1.715
Overige bedrijfslasten -353 -4.334
  -2.269 -6.049

10.3.2 Leefbaarheid

OVERIGE ACTIVITEITEN 2022 2021
Leefbaarheid    
Leefbaarheid -179 -216
Toegerekende afschrijvingen -37 -38
Toegerekende personeelskosten -404 -383
Toegerekende overige bedrijfslasten - -
  -620 -637

10.4. Bedrijfslasten

10.4.1 Afschrijvingen op materiële vaste activa (M1143)

BEDRIJFSLASTEN 2022 2021
Afschrijving op (im)materiële vaste activa    
Afschrijvingskosten kantoorgebouw -212 -286
Afschrijvingskosten inventaris -8 -9
Afschrijvingskosten automatisering -164 -143
  -384 -438

10.5. Personeelskosten

BEDRIJFSLASTEN 2022 2021
Personeelskosten    
Lonen en salarissen -5.177 -4.821
Sociale lasten -797 -752
Pensioenlasten -712 -643
  -6.686 -6.217

10.5.1 Lonen en salarissen (M1140)

Bij de ‘overige informatie’ in hoofdstuk 11 wordt er verder ingegaan op het personeelsbestand, de bestuurders en commissarissen.

10.5.2 Pensioenlasten (M1142)

Naar de stand van ultimo december 2022 was de dekkingsgraad van het pensioenfonds (SPW) 133,7% (2021: 118,8%). Vanaf 2015 diende het pensioenfonds een dekkingsgraad van ten minste 125% te hebben.

10.5.3 Allocatie personeelskosten

De personeelskosten zijn als volgt gealloceerd:

PERSONEELSKOSTEN 2022 2021
Allocatie personeelskosten    
Lasten verhuur en beheeractiviteiten -2.043 -1.812
Lasten onderhoudsactiviteiten -1.785 -1.737
Toegerekende organisatiekosten (verkoopactiviteiten) -538 -570
Overige organisatiekosten -1.916 -1.715
Leefbaarheid -404 -383
  -6.686 -6.217

10.5.4 Overige bedrijfslasten (M1148)

BEDRIJFSLASTEN 2022 2021
Overige bedrijfslasten    
Huisvestingskosten -296 -256
Transportkosten -93 -85
Communicatiekosten -132 -163
Kantoorkosten -1.507 -1.543
Algemene kosten -1.505 -5.378
Overige personeelskosten -1.406 -1.502
Directe bedrijfskosten -7.110 -7.558
  -12.049 -16.485

In 2021 was in de algemene kosten de amortisatie van de Vestia leningruil ad € 3.7 miljoen opgenomen.

10.6. Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille

10.6.1 Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille

NIET-GEREALISEERDE WAARDEVERANDERINGEN VASTGOEDPORTEFEUILLE 2022 2021
Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille    
Dotatie voorziening onrendabele investeringen -636 -1.266
Terugneming afwaardering vastgoed in ontwikkeling 1.305 6.375
Afwaardering na-investering -100 -28
Terugneming afwaardering na-investeringen 14  
Overige -434 -497
  149 4.584

10.6.2 Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille

NIET-GEREALISEERDE WAARDEVERANDERINGEN VASTGOEDPORTEFEUILLE 2022 2021
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille    
Waardeverandering DAEB vastgoed in exploitatie 59.784 63.595
Waardeverandering niet-DAEB vastgoed in exploitatie 8.123 33.372
  67.907 96.968

10.6.3 Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarden

NIET-GEREALISEERDE WAARDEVERANDERINGEN VASTGOEDPORTEFEUILLE 2022 2021
 Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille    
- Indexering 17.262 6.457
- Herwaardering Eigendomsparticipaties -29.660 1.007
  -12.398 7.464

10.6.4 Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille bestemd voor verkoop

Dit betreffen verwerkte winsten/verliezen van onderhanden projecten.

10.7. Financiële baten en lasten

10.7.1 Rentebaten en soortgelijke opbrengsten (M1190)

FINANCIELE BATEN EN LASTEN 2022 2021
Rentebaten en soortgelijke opbrengsten    
Geactiveerde rente projecten in ontwikkeling  353  565
Effect in contracten besloten afgeleide instrumenten  14.660   2.708 
Rente op overige financiële vaste activa 99 -
   15.112   3.273 

Als gevolg van de uitoefening van swaption is de embedded swaption komen te vervallen ultimo 2022. De negatieve waarde van € 14,7 miljoen ultimo 2021 is vrijgevallen ten gunste van het renteresultaat.

10.7.2 Rentelasten en soortgelijke kosten

FINANCIELE BATEN EN LASTEN 2022 2021
Rentelasten en soortgelijke kosten    
Effecten in contracten besloten afgeleide afgeleide instrumenten 0 0
Rente langlopende schulden en derivaten -6.517 -6.420
Rente kortlopende schulden -37 -120
  -6.554 -6.540

10.8. Belastingen

Stichting Dudok Wonen vormt samen met Dudok Ontwikkeling B.V. en Goois Wonen B.V. per 01-01-2015 een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting. De vennootschapsbelasting is in elk van de rechtspersonen opgenomen voor dat deel dat de desbetreffende rechtspersoon als zelfstandig belastingplichtige verschuldigd zou zijn, rekening houdend met voor de vennootschap geldende fiscale faciliteiten.

Het gewogen gemiddelde toepasselijke belastingtarief bedraagt 25,5% (2021: 24,8%). De belasting­last in de winst-en-verliesrekening over 2022 bedraagt € 3,5 miljoen (2021: € 2,8 miljoen belastinglast).

Het effectieve belastingtarief bedraagt 3,8% (2021: 2,2%). De afwijking van het werkelijke tarief van 25,5% (2021: 25%) wordt veroorzaakt door niet geheel in de vorm van een latentie gewaardeerde verschillen tussen commerciële en fiscale waardering van activa en passiva.

BELASTINGEN 2022 2021
Vennootschapsbelasting    
Mutatie latente belastingen  -6.985  -713
Acute belastingen boekjaar  -3.522  -2.830
Correctie belastingen boekjaar 2019  267  -
Correctie belastingen boekjaar 2020  2.428  -
Correctie belastingen boekjaar 2021  2.748  -
   -5.064  -3.543
BELASTINGEN 2022 2021
Berekening vennootschapsbelasting    
Resultaat voor vennootschapsbelasting 91.517 131.073
Resultaat deelneming    
     
Permanente en tijdelijke verschillen:    
Afschrijvingen -820 -831
Waardeveranderingen vastgoedportefeuille -55.658 -109.568
Verkoop bestaand bezit 6.350 2.208
Onderhoudslasten (commercieel geactiveerd) -865  -1.789 
Geactiveerde bouwrente -91 -280
(Dis)agio leningen -286 -204
Extendible lening - -2.709
Correctie Volkshuisvestelijke bijdrage Vestia-leningruil -1.996 1.996
Afboeking projectkosten -125 -
Overige 13 1.202
Belastbaar bedrag 38.039 21.098
Herinvesteringsreserve -13.236 -9.684
ATAD (Rente-aftrekbeperking) -10.427  
Compensabele verliezen -560 0
Belastbaar bedrag na verliescompensatie 13.816 11.414
     
Acute belastingen boekjaar 3.522 2.830

Bij de fiscale eenheid van Stichting Dudok Wonen resteren er geen verrekenbare verliezen.

11. Overige informatie

11.1. Werknemers

Gedurende het boekjaar 2022 bedroeg het gemiddeld aantal werknemers bij Dudok Wonen 81,2 (2021: 78,6).

WERKNEMERS 2022 2021
Gemiddeld    
Directeur-bestuurder & Staf 15,6 14,2
Woonbedrijf 46,1 45
Informatiemanagement & Financiën 19,5 19,4
  81,2 78,6

Per 31-12-2022 had Dudok Wonen 80,5 (2021: 82,2) werknemers in dienst. Het aantal is gebaseerd op het aantal fulltime equivalenten.
Naast de werknemers in dienst had Dudok Wonen per 31-12-2022 10,8 (2021: 4,0) aan ingehuurd personeel. Het aantal is gebaseerd op het aantal fulltime equivalenten.

WERKNEMERS 31/12/2022 31/12/2021
Ultimo    
Werknemers in dienst 80,5 82,2
Ingehuurd personeel 10,8 4
  91,3 86,2

Alle personeelsleden zijn werkzaam in Nederland.

11.2. Bestuurders en commissarissen

Aan bezoldigingen met inbegrip van pensioenlasten als bedoeld in artikel 2:383, lid1, BW, is in het boekjaar ten laste van Dudok Wonen en groepsmaatschappijen gekomen voor: 

BESTUURDERS EN COMMISSARISSEN 31/12/2022 31/12/2021
Bezoldiging    
Bestuurders 216 185
Commissarissen en voormalige commissarissen 77 75
  293 260

De bezoldiging van de bestuurder omvat:

  • periodiek betaalde beloningen (zoals salarissen, sociale lasten, vakantiegeld, doorbetaling bij vakantie en ziekte en presentiegelden);
  • beloningen betaalbaar op termijn (zoals pensioenlasten en jubileumuitkeringen);

De bezoldiging van de Raad van Commissarissen kan als volgt worden gespecificeerd:

COMMISSARISSEN 2022 2021
Specificatie bezoldiging    
Dhr. W.D. van Leeuwen 21,7 20,3
Dhr. H.M. De Loor 11,3 13,6
Mw. F.R.M. Rieter 14,5 13,6
Mw. E.L. Özyenici 14,5 13,6
Dhr. B.G.M. Moesbergen 14,5 14,3
  76,5 75,4

De weergegeven beloning is inclusief sociale lasten en BTW. Voor de werkzaamheden van de leden van de Raad van Commissarissen is er vanaf mei 2021 geen BTW in rekening gebracht.

11.3. WNT-verantwoording 2021 Dudok Wonen

Vanaf 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) van kracht. De WNT is van toepassing op Dudok Wonen. Het voor Dudok Wonen toepasselijke bezoldigingsmaximum is in 2022 € 181.000,- (het bezoldigingsmaximum voor de woningcorporaties, klasse F).

De informatie in het kader van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector is als volgt:

Leidinggevende functionarissen met dienstbetrekking

 Gegevens 2022    
 Bedragen x € 1 H.A. Zanting  
Functiegegevens Directeur – Bestuurder  
Aanvang en einde functievervulling in 2022 1/1 - 30/11  
Omvang dienstverband (als deeltijdfactor in fte) 1  
Dienstbetrekking Ja  
Bezoldiging    
Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen 148.328  
Beloningen betaalbaar op termijn 17.299  
Subtotaal 165.627  
     
Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum 165.627  
-/- Onverschuldigd betaald en nog niet terugontvangen bedrag -  
Bezoldiging 165.627  
     
Het bedrag van de overschrijding en de reden waarom de -  
Overschrijding al dan niet is toegestaan    
Toelichting op de vordering wegens onverschuldigde betaling n.v.t.  

Toezichthoudende functionarissen

 Gegevens 2021    
 Bedragen x € 1 H.A. Zanting  
Functiegegevens Directeur – Bestuurder  
Aanvang en einde functievervulling in 2021 1/1 - 31/12  
Omvang dienstverband (als deeltijdfactor in fte) 1  
Dienstbetrekking Ja  
Bezoldiging    
Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen 156.720  
Beloningen betaalbaar op termijn 18.266  
Subtotaal 174.986  
     
Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum 175.000  
     
Bezoldiging 174.986  

Leidinggevende functionarissen zonder dienstbetrekking in de periode kalendermaand 1 t/m 12

Gegevens 2022     
 Bedragen x € 1    
  W.W. Fassotte  
Functiegegevens Directeur – Bestuurder  
Kalenderjaar 2022 2021
Periode functievervulling in het kalenderjaar (aanvang – einde) 15/11 - 31/12 -
Aantal kalendermaanden functievervulling in het kalenderjaar 2 -
Omvang van het dienstverband in uren per kalenderjaar 184,5 -
Individueel toepasselijke maximum gehele periode    
kalendermaand 1 t/m 12    
Maximum uurtarief in het kalenderjaar 206 -
Maxima op basis van de normbedragen per maand 57.200 -
Individueel toepasselijke maximum gehele periode 38.007 -
kalendermaand 1 t/m 12    
Bezoldiging (alle bedragen exclusief btw)    
Werkelijk uurtarief lager dan het maximum uurtarief? Ja  
Bezoldiging in de betreffende periode 28.045 -
Bezoldiging gehele periode kalendermaand 1 t/m 12 28.045 -
     
-/- Onverschuldigd betaald en nog niet terugontvangen bedrag N.v.t.  
Bezoldiging    
     
Het bedrag van de overschrijding en de reden waarom N.v.t. / N.v.t  
de overschrijding al dan niet is toegestaan    
Toelichting op de vordering wegens onverschuldigde betaling N.v.t.  

Toezichthoudende topfunctionarissen

 Gegevens 2022      
 Bedragen x € 1  Dhr. W.D. van Leeuwen  Dhr. H.M. de Loor  
      Mw. F.R.M. Rieter
       
Functiegegevens Voorzitter Raad van Commissarissen Lid Lid Raad van Commissarissen
    Raad van Commissarissen  
Aanvang en einde functievervulling in 2022 1/1 - 31/12 1/1 - 10/10 1/1 - 31/12
       
Bezoldiging      
Bezoldiging 21.729 11.251 14.480
       
Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum 27.150 14.034 18.100
       
Onverschuldigd betaald en nog niet terugontvangen bedrag - - -
Bezoldiging      
       
       
Het bedrag van de overschrijding en de reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan - - -
Toelichting op de vordering wegens onverschuldigde betaling n.v.t. n.v.t. n.v.t.
 Gegevens 2021      
 Bedragen x € 1  Dhr. W.D. van Leeuwen Dhr. H.M. de Loor  
      Mw. F.R.M. Rieter
       
Functiegegevens Voorzitter Raad van Commissarissen Lid Raad van Commissarissen Lid Raad van Commissarissen
       
Aanvang en einde functievervulling in 2021 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12
       
Bezoldiging      
       
Bezoldiging 20.250 13.550 13.550
Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum 26.250 17.500 17.500
 Gegevens 2022    
Bedragen x € 1 Mw. E.L. Özyenici Dhr. B.G.M. Moesbergen
Functiegegevens Lid Lid
  Raad van Commissarissen Raad van Commissarissen
Aanvang en einde functievervulling in 2022 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12
     
Bezoldiging    
Bezoldiging 14.480 14.480
     
Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum 18.100 18.100
     
Onverschuldigd betaald en nog niet terugontvangen bedrag - -
Bezoldiging    
     
     
Het bedrag van de overschrijding en de reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan - -
Toelichting op de vordering wegens onverschuldigde betaling n.v.t. n.v.t.
 Gegevens 2021    
 Bedragen x € 1    
  Mw. E.L. Özyenici Dhr. B.G.M. Moesbergen
Functiegegevens Lid Lid
  van Commissarissen Raad van Commissarissen
Aanvang en einde functievervulling in 2021 1/1 - 31/12 1/1 - 31/12
     
Bezoldiging    
     
Bezoldiging 13.550 13.550
Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum 17.500 17.500

1) Bestuurdersbeloning:
De bestuurdersbeloningen in 2022 van de heer H.A. Zanting en W.W. Fassotte zijn conform de WNT.

2) Raad van Commissarissen (RvC) beloning:
De RvC beloning in 2022 is conform de WNT.

Overige rapportageverplichtingen op grond van de WNT
Naast de hierboven vermelde topfunctionarissen zijn er geen overige functionarissen met een dienstbetrekking die in 2022 een bezoldiging boven het individueel toepasselijke drempelbedrag hebben ontvangen.

Dudok Wonen stelt dat alleen de bestuurder en de RvC-leden als topfunctionaris worden aangemerkt. In het vigerende bestuursreglement is vastgelegd hoe besluitvorming in de organisatie plaatsvindt. De bestuurder neemt in aanwezigheid van het directieteam (DT), in volledige transparantie en waarbij alle belangen zijn overwogen en de beraadslaging van het DT is gehoord, een bestuursbesluit. In de situatie dat de bestuurder tijdelijk niet op kantoor kan komen door bijvoorbeeld vakantie of andere redenen, dan wordt voor deze periode een volmacht afgegeven aan één van de directieleden om de dagelijkse operaties te leiden. Daarbij is de bestuurder altijd beschikbaar voor dringende zaken.

11.4. Accountantshonoraria

De volgende honoraria van BDO Audit & Assurance B.V. zijn in het boekjaar ten laste gebracht van de toegelaten instelling, haar dochtermaatschappijen en andere maatschappijen die zij consolideert, een en ander zoals bedoeld in artikel 2:382a BW.

HONORARIA VAN DE ACCOUNTANT 2022 2020
Uitsplitsing:    
Onderzoek van de jaarrekening 100 97
Andere controleopdrachten 12 11
Adviesdiensten op fiscaal terrein - -
Andere niet controlediensten - 24
  112 132

12. Enkelvoudige balans per 31 december 2022

(Bedragen x € 1.000, voor resultaatbestemming)

  ACTIVA 31-12-2022 31-12-2021
Ref. VASTE ACTIVA    
M1102 Vastgoedbeleggingen    
M11028 DAEB vastgoed in exploitatie 891.410 818.652
M11020 Niet-DAEB vastgoed in exploitatie 344.196 336.976
M11024 Onroerende zaken – Kopen naar Wens 61.809 65.183
M11021 Vastgoed in ontwikkeling bestemd voor eigen exploitatie 6.417 23.259
    1.303.832 1.244.070
M1102 Materiële vaste activa    
M11022 Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie 9.346 9.101
    9.346 9.101
M1103 Financiële vaste activa    
M11031 Deelnemingen in groepsmaatschappijen 102.007 102.542
M11033 Andere deelnemingen 2 2
M11035 Latente belastingvordering(en) - 4.431
M11039 Overige vorderingen 28.926 35.996
    130.935 142.971
       
    1.444.113 1.396.142
       
  VLOTTENDE ACTIVA    
M1112 Vorderingen    
M11120 Huurdebiteuren 301 455
M11122 Vorderingen op groepsmaatschappijen - 1
M11164 Belastingen en premies sociale verzekeringen 4.548 -
M11126 Overige vorderingen 1.044 524
M11127 Overlopende activa 210 178
    6.103 1.158
       
M1114 Liquide middelen 24.920 9.210
       
    31.023 10.368
       
  TOTAAL 1.475.136 1.406.510

(Bedragen x € 1.000 voor resultaatbestemming)

  PASSIVA 31/12/2022 31/12/2021
Ref. VERMOGEN LANG    
M1105 Eigen vermogen    
M11053 Herwaarderingsreserve 764.070 705.422
M11053 Overige reserves 342.088 273.205
M11054 Onverdeeld resultaat 86.453 127.530
    1.192.611 1.106.157
       
M1107 Voorzieningen    
M11072 Latente belastingverplichting 2.227 -
M11073 Voorziening onrendabele investeringen en herstructureringen 315 -
M11074 Overige voorzieningen 217 249
     2.759  249
       
M1108 Langlopende schulden    
M11081 Schulden/leningen kredietinstellingen 234.467 237.652
M11084 Verplichtingen uit hoofde van onroerende zaken - Kopen naar Wens 34.561 35.632
M11083 Overige schulden 467 15.156
    269.495 288.440
       
    1.464.865 1.394.846
       
  VERMOGEN KORT    
M1116 Kortlopende schulden    
M11160 Schulden aan kredietinstellingen 2.961 3.282
M11162 Schulden aan leveranciers 1.382 1.023
M11164 Belastingen en premies sociale verzekeringen 1.289 2.711
M11165 Schulden terzake van pensioenen 44 41
M11167 Overige schulden 531 601
M11168 Overlopende passiva 4.064 4.006
    10.271 11.664
       
  TOTAAL 1.475.136 1.406.510

13. Enkelvoudige winst- en verliesrekening over 2022

(Bedragen x € 1.000) functioneel model

    2022 2021
Ref. EXPLOITATIE VASTGOEDPORTEFEUILLE    
  Huuropbrengsten 47.475 46.434
  Opbrengsten servicecontracten 1.795 1.658
  Lasten servicecontracten -1.795 -1.658
  Lasten verhuur en beheeractiviteiten -4.910 -4.658
  Lasten onderhoudsactiviteiten -15.346 -14.132
  Overige directe operationele lasten exploitatie bezit -5.998 -6.484
  Netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille 21.221 21.160
       
  VERKOOP VASTGOEDPORTEFEUILLE    
  Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille 26.928 19.344
  Toegerekende organisatiekosten -716 -902
  Boekwaarde verkochte vastgoedportefeuille -20.214 -12.308
  Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille 5.998 6.134
       
  NIET-GEREALISEERDE WAARDEVERANDERINGEN VASTGOEDPORTEFEUILLE    
  Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille 149 4.584
  Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille 69.586 90.412
  Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarde -12.398 7.464
  Niet-gerealiseerde waardeveranderingen vastgoedportefeuille bestemd voor verkoop - -
  Waardeveranderingen vastgoedportefeuille 57.337 102.460
       
  OVERIGE ACTIVITEITEN    
  Opbrengst overige activiteiten 111 89
  Kosten overige activiteiten -105 -85
  Netto resultaat overige activiteiten 6 4
       
  Overige organisatiekosten -2.269 -6.048
  Leefbaarheid -619 -637
  FINANCIELE BATEN EN LASTEN    
  Rentebaten en soortgelijke opbrengsten 15.110 565
  Rentelasten en soortgelijke kosten -6.535 -3.685
  Saldo financiële baten en lasten 8.575 -3.120
       
  RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING VOOR BELASTINGEN 90.249 119.953
  Belastingen -4.764 -3.134
  Resultaat deelnemingen 968 10.711
  RESULTAAT NA BELASTINGEN (TOTAALRESULTAAT) 86.453 127.530

14. Toelichting op de enkelvoudige balans

14.1. Algemeen

14.1.1 Grondslagen van waardering en bepaling van het resultaat

De grondslagen van waardering en van resultaatbepaling voor de vennootschappelijke jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening zijn gelijk. Deelnemingen in groepsmaatschappijen worden gewaardeerd op de nettovermogenswaarde in overeenstemming met paragraaf 5.4.1 in de geconsolideerde jaarrekening.

Voor de grondslagen van de waardering van activa en passiva en voor de bepaling van het resultaat wordt verwezen naar de in hoofdstuk 4 t/m 8 opgenomen toelichting op de geconsolideerde balans en winst-en-verliesrekening. Waar de toelichting geconsolideerd en enkelvoudig gelijk is, wordt verwezen naar de toelichting op de geconsolideerde jaarrekening. 

14.2. Vastgoedbeleggingen (M1104)

14.2.1 DAEB vastgoed in exploitatie (M11028) en niet-DAEB vastgoed in exploitatie gekwalificeerd als vastgoedbelegging (M11020)

De mutaties in de vastgoedbeleggingen zijn in het navolgende schema samengevat:

VASTGOEDBELEGGINGEN 31-12-2022 31-12-2021
DAEB vastgoed in exploitatie    
Marktwaarde per 1 januari 818.652 740.968
     
Mutaties    
- Investeringen 5.814 7.260
- Desinvesteringen -18.076 -11.810
- Overboeking naar vastgoed in ontwikkeling -612 -1.514
- Overboeking gereedgekomen activa ontwikkeling 23.603 19.914
- Overboeking DAEB vastgoed - niet-DAEB vastgoed 395 -773
- Aankopen 1.076 965
- Overige mutaties -1.562 -
- Niet-gerealiseerde waardeveranderingen 62.120 63.643
Totaal mutaties 72.758 77.684
     
Marktwaarde per 31 december 891.410 818.652
DAEB vastgoed in exploitatie (aantal)    
Aantal per 1 januari 5.507 5.556
     
Toe- of afname -33 -49
Aantal per 31 december 5.474 5.507
VASTGOEDBELEGGINGEN 31-12-2022 31-12-2021
Niet-DAEB vastgoed in exploitatie    
Marktwaarde per 1 januari 336.976 310.338
     
Mutaties    
- Investeringen 995 404
- Desinvesteringen -2.739 -1.360
- Overboeking gereedgekomen activa ontwikkeling -1.117 -
- Overboeking DAEB vastgoed - niet-DAEB vastgoed -395 773
- Aankopen 830 -
- Overige mutaties -99 -
- Niet-gerealiseerde waardeveranderingen 8.924 26.821
Totaal mutaties 6.399 26.638
     
Boekwaarde per 31 december 344.196 336.976
Niet-DAEB vastgoed in exploitatie (aantal)    
  2.509 2.518
Toe- of afname -56 -9
     
Aantal per 31 december 2.453 2.509

14.3. Financiële vaste activa (M1103)

14.3.1 Deelnemingen in groepsmaatschappijen (M11031)

Het verloop van de post deelnemingen is als volgt:

FINANCIELE VASTE ACTIVA 31-12-2022 31-12-2021
Deelnemingen    
Goois Wonen B.V.    
Beginwaarde per 1 januari 100.704 94.993
- Dividenduitkering -1.500 -3.000
- Resultaat 967 8.711
Eindwaarde per 31 december 100.171 100.704
     
Dudok Ontwikkeling B.V.    
Beginwaarde per 1 januari 1.838 1.842
- Resultaat -2 -4
Eindwaarde per 31 december 1.836 1.838
TOTAAL 102.007 102.542

14.4. Eigen vermogen (M1105)

14.4.1 Herwaarderingsreserve (M11053)

Het verloop van de herwaarderingsreserve is als volgt:

Eigen vermogen 31-12-2022 31-12-2021
Herwaarderingsreserve    
Herwaarderingsreserve per 1 januari 705.422 618.587
     
Mutaties    
- Realisatie verkoop -14.908 -8.873
- Mutatie door herwaardering 73.555 95.708
Totaal mutaties 58.648 86.835
     
Herwaarderingsreserve per 31 december 764.070 705.422

14.4.2 Overige reserves (M11053)

Het verloop van de overige reserves is als volgt:

Eigen vermogen 31-12-2022 31-12-2021
Overige reserves    
Overige reserves per 1 januari 273.205 315.550
     
Mutaties    
- Resultaat voorgaand boekjaar 127.530 44.490
- Vorming herwaarderingsreserve -73.555 -95.708
- Realisatie uit herwaarderingsreserves 14.908 8.873
Totaal mutaties 68.883 -42.345
     
Overige reserves per 31 december 342.088 273.205

14.5. Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen

14.5.1 Obligoverplichting Waarborgfonds Sociale Woningbouw

De woningcorporatie heeft op grond van artikel 10, lid 2 onder c van het Reglement van Deelneming van WSW een obligolening aangetrokken. De lening sluit aan op hetgeen is vereist. Dit betekent dat de hoofdsom overeenkomt met 2,6% van het geborgd schuldrestant ultimo 2022. Op deze lening kan alleen een trekking worden gedaan als WSW daartoe een verzoek heeft gedaan en de woningcorporatie niet binnen 10 werkdagen na dit verzoek kan storten. Een dergelijk verzoek van WSW is pas aan de orde als het jaarlijks obligo niet toereikend is. Op basis van de prognoses van WSW is dit op basis van de huidige verplichtingen niet aan de orde. In het geval van een eventuele storting, zal deze rechtstreeks ten gunste van WSW worden uitbetaald en nadien moeten worden afgelost door de woningcorporatie.

14.5.2 Afgeleide financiële instrumenten

Voor toelichting wordt verwezen naar paragraaf 9.11.4 Afgeleide financiële instrumenten.

15. Toelichting op de enkelvoudige winst- en verliesrekening

15.1. Resultaat deelnemingen (M1195)

RESULTAAT DEELNEMINGEN 2022 2021
Resultaat deelnemingen    
Goois Wonen B.V. 966 8.711
Dudok Ontwikkeling B.V. -2 -4
Stichting Woonzorg Theodotion-Dudok (liquidatie-uitkering) 4 2.004
  968 10.711

In 2021 is de bestaande verbinding met Stichting Woonzorg/Theodotion-Dudok beëindigd door liquidatie, waarbij een bedrag van € 2,0 miljoen is ontvangen. In 2022 is er nog een restant liquidatie-uitkering ontvangen.

Voor nadere toelichting van de deelnemingen in groepsmaatschappijen wordt verwezen naar paragraaf 14.3.1. 

15.2. Enkelvoudige balans DAEB/niet-DAEB gescheiden per 31 december 2022

(Bedragen x € 1.000, na resultaatbestemming)

  ACTIVA DAEB Niet-DAEB Elimi-naties Totaal DAEB Niet-DAEB Elimi-naties Totaal
Ref. VASTE ACTIVA  2022 2022 2022 2022   2021 2021 2021 2021 
M1102 Vastgoedbeleggingen                
M11028 DAEB vastgoed in exploitatie 891.410 - - 891.410 818.652 - - 818.652
M11020 Niet-DAEB vastgoed in exploitatie - 344.196 - 344.196 0 336.976 - 336.976
M11024 Onroerende zaken – 35.179 26.630 - 61.809 36.920 28.263 - 65.183
  Kopen naar Wens                
M11021 Vastgoed in ontwikkeling bestemd 5.477 940 - 6.417 23.259 - - 23.259
  voor eigen exploitatie                
    932.066 371.766 - 1.303.832 878.831 365.239 - 1.244.070
M1102 Materiële vaste activa                
M11022 Onroerende en roerende zaken 9.346 - - 9.346 9.101 - - 9.101
  ten dienste van de exploitatie                
    9.346 - - 9.346 9.101 - - 9.101
M1103 Financiële vaste activa                
M11031 Deelnemingen in groeps- 424.874 102.066 -424.874 102.007 411.176 102.542 -411.176 102.542
  maatschappijen                
M11033 Andere deelnemingen - 2 - 2 - 2 - 2
M11035 Latente belastingvordering(en) - - - - 3.075 1.356 - 4.431
M11036 Interne lening 52.064 - -52.064 - 58.110 0 -58.110 0
M11039 Overige vorderingen 24.215 3.511 - 28.926 30.196 5.800 0 35.996
    502.353 105.520 -476.291 130.935 502.557 109.700 -469.286 142.971
                   
    1.443.765 477.419 -476.291 1.444.113 1.390.489 474.939 -469.286 1.396.142
                   
  VLOTTENDE ACTIVA                
M1112 Vorderingen                
M11120 Huurdebiteuren 215 86 - 301 376 79 - 455
M11122 Vorderingen op groepsmaatschappijen - - - - - 1 - 1
M11164 Belastingen en premies  1.796  2.752 - 4.548 - 1.243 -1.243 -
  sociale verzekeringen 732 312 - 1.044        
M11126 Overige vorderingen 178 32 - 210 502 46 -24 524
M11127 Overlopende activa 2.921 3.182 - 6.103 178 - - 178
            1.056 1.369 -1.267 1.158
                   
M1114 Liquide middelen 11.300 13.620 - 24.920 - 10.595 -1.385 9.210
                   
    14.221 16.802 - 31.023 1.056 11.964 -2.652 10.368
                   
  TOTAAL 1.457.986 494.088 -476.938 1.475.136 1.391.545 u -471.938 1.406.510

(Bedragen x € 1.000 na resultaatbestemming)

    PASSIVA DAEB Niet-DAEB Elimi-naties Totaal DAEB Niet-DAEB Elimi-naties Totaal
  Ref. VERMOGEN LANG  2022 2022 2022 2022   2021 2021 2021 2021 
  M1105 Eigen vermogen                
  M11053 Herwaarderingsreserve 764.070 187.957 -187.957 764.070 477.344 187.940 40.138 705.422
  M11053 Overige reserves 342.088 223.218 -223.218 342.088 501.283 177.956 -406.034 273.205
  M11054 Onverdeeld resultaat 86.453 13.699 -13.699 86.453 127.530 45.279 -45.279 127.530
      1.192.611 424.874 -424.874 1.192.611 1.106.157 411.175 -411.175 1.106.157
                     
  M1107 Voorzieningen                
  M11072 Latente  1.878  349 -  2.227  - - - -
    belastingverplichting                
  M11073 Voorziening onrendabele  315  - - 315 - - - -
    investeringen en                
    herstructureringen                
  M11074 Overige voorzieningen 190 27 - 217 198 51 - 249
       2.383   376   -   2.759  198 51 - 249
                     
  M1108 Langlopende schulden                
  M11081 Schulden/leningen 234.467 - - 234.467 237.652 - - 237.652
    kredietinstellingen                
  M11084 Verplichtingen uit hoofde 18.430 16.131 - 34.561 18.827 16.805 - 35.632
    van onroerende zaken –                
    Kopen naar Wens                
    Interne lening - 52.064 -52.064 - - 58.110 -58.110 -
  M11083 Overige schulden 11 456 - 467 14.663 493 - 15.156
      252.908 68.651 -52.064 269.495 271.142 75.408 -58.110 288.440
                     
      1.447.902 493.901 -476.938 1.464.865 1.377.497 486.634 -469.285 1.394.846
                     
    VERMOGEN KORT                
  M1116 Kortlopende schulden                
  M11160 Schulden aan kredietinstellingen 2.961 - - 2.961 4.668 - -1.386 3.282
  M11162 Schulden aan leveranciers 1.382 - - 1.382 1.023 - 0 1.023
  M11164 Belastingen en premies sociale verzekeringen 1.290 - - 1.290 3.954 - -1.243 2.711
  M11165 Schulden terzake van pensioenen 44 - - 44 41 - - 41
  M11167 Overige schulden 624 -93 - 531 625 - -24 601
  M11168 Overlopende passiva 3.783 280 - 4.063 3.737 269 - 4.006
      10.084 187 - 10.271 14.048 269 -2.653 11.664
                     
    TOTAAL 1.457.386 494.088 -476.938 1.475.136 1.391.545 486.903 -471.938 1.406.510

15.3. Enkelvoudige winst- en verliesrekening DAEB / niet-DAEB gescheiden 2022

(Bedragen x € 1.000)

  DAEB Niet-DAEB Elimi-naties Totaal DAEB Niet-DAEB Elimi-naties Totaal
   2022 2022 2022 2022   2021 2021 2021 2021 
EXPLOITATIE VASTGOEDPORTEFEUILLE                
Huuropbrengsten 33.769 13.706 - 47.475 32.974 13.460 - 46.434
Opbrengsten servicecontracten 1.232 563 - 1.795 1.135 523 - 1.658
Lasten servicecontracten -1.232 -563 - -1.795 -1.135 -523 - -1.658
Lasten verhuur en beheeractiviteiten -3.843 -1.067 - -4.910 -3.646 -1.012 - -4.658
Lasten onderhoudsactiviteiten -11.280 -4.066 - -15.346 -10.997 -3.135 - -14.132
Overige directe operationele lasten exploitatie bezit -5.032 -966 - -5.998 -5.431 -1.053 - -6.484
Netto resultaat exploitatie vastgoedportefeuille 13.614 7.607 - 21.221 12.900 8.260 - 21.160
                 
VERKOOP VASTGOEDPORTEFEUILLE                
Verkoopopbrengst vastgoedportefeuille 24.042 4.218 -1.332 26.928 17.767 1.577 - 19.344
Toegerekende organisatiekosten -566 -150 - -716 -706 -196 - -902
Boekwaarde verkochte vastgoedportefeuille -17.981 -3.565 1.332 -20.214 -10.973 -1.335 -1 -12.308
Netto gerealiseerd resultaat verkoop vastgoedportefeuille 5.495 503 - 5.998 6.088 46 0 6.134
                 
NIET-GEREALISEERDE WAARDE-VERANDERINGEN VASTGOEDPORTEFEUILLE                
Overige waardeveranderingen vastgoedportefeuille -21 170 - 149 4.837 -253 - 4.584
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen 59.784 9.802 - 69.586 63.595 26.817 - 90.412
vastgoedportefeuille                
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen -10.139 -2.259 - -12.398 4.688 2.776 - 7.464
vastgoedportefeuille verkocht onder voorwaarde                
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen - - - - 0 0 - 0
vastgoedportefeuille bestemd voor verkoop                
Waardeveranderingen vastgoedportefeuille 49.624 7.713 - 57.337 73.120 29.340 - 102.460
                 
OVERIGE ACTIVITEITEN                
Opbrengst overige activiteiten 88 23 - 111 59 30 - 89
Kosten overige activiteiten -83 -22 - -105 -56 -29 - -85
Netto resultaat overige activiteiten 5 1 - 6 3 1 - 4
                 
Overige organisatiekosten -1.748 -521 - -2.269 -5.590 -458 - -6.048
Leefbaarheid -503 -116 - -619 -499 -138 - -637
FINANCIELE BATEN EN LASTEN                
Waardeveranderingen financiële vaste activa en effecten - - - - - - - -
Rentebaten en soortgelijke opbrengsten 16.141 20 -1.051 15.110 1.619 9 -1.063 565
Rentelasten en soortgelijke kosten -6.523 -1.063 1.051 -6.535 -3.662 -1.086 1.063 -3.685
Saldo financiële baten en lasten 9.618 -1.043 - 8.575 -2.043 -1.077 - -3.120
                 
RESULTAAT UIT GEWONE BEDRIJFSUITOEFENING VOOR BELASTINGEN 76.105 14.144 - 90.249 83.979 35.974 - 119.953
Belastingen -3.355 -1.409 - -4.764 -1.728 -1.406 - -3.134
Resultaat deelnemingen 13.703 965 -13.700 968 45.279 10.711 -45.279 10.711
RESULTAAT NA BELASTINGEN 86.453 13.700 -13.700 86.453 127.530 45.279 -45.279 127.530
Rechtstreekste mutaties in het - - - - - - - -
eigen vermogen van de rechtspersoon                
TOTAALRESULTAAT VAN DE RECHTSPERSOON 86.453 13.700 -13.700 86.453 127.530 45.279 -45.279 127.530

15.4. Enkelvoudige kasstroomoverzicht DAEB / niet-DAEB gescheiden 2022

Volgens de directe methode

(Bedragen x € 1.000)

  DAEB Niet-DAEB Elimi-naties Totaal DAEB Niet-DAEB Elimi-naties Totaal
   2022 2022 2022 2022   2021 2021 2021 2021 
KASTROOM UIT OPERATIONELE ACTIVITEITEN                
Ontvangsten                
Huren 33.885 13.351 - 47.236 33.197 13.356 - 46.553
Vergoedingen 1.346 544 - 1.890 1.331 598 - 1.929
Overheidsontvangsten - - - - - - - -
Renteontvangsten 1.160 21 -1.051 130 1.099 2 -1.063 38
Overige bedrijfsontvangsten 16 1 - 17 5 267 - 272
  36.407 13.917 -1.051 49.273 35.632 14.223 -1.063 48.792
Uitgaven                
Erfpacht -2 - - -2 - -   -
Personeelsuitgaven -5.397 -1.531 - -6.928 -4.986 -1.489   -6.475
Onderhoudsuitgaven -8.225 -3.251 - -11.476 -8.312 -2.193   -10.505
Overige bedrijfsuitgaven -6.829 -2.178 - -9.007 -6.695 -2.197   -8.892
Renteuitgaven -6.519 -1.083 1.051 -6.551 -6.405 -1.089 -1.063 -6.431
Sectorspecifieke heffing onafhankelijk van resultaat -117 -24 - -141 -123 -37   -160
Verhuurderheffing 986 -463 - 523 -3.987 -786   -4.773
Leefbaarheid (externe uitgaven niet investeringsgebonden) -154 -26 - -180 -178 -52   -230
Vennootschapsbelasting -1.505 -1.213 - -2.718 -1.144 -1.871   -3.015
  -27.762 -9.769 1.051 -36.480 -31.832 -9.714 -1.063 -40.481
KASSTROOM UIT OPERATIONELE ACTIVITEITEN 8.645 4.148 - 12.793 3.802 4.509 - 8.311
                 
KASSTROOM UIT INVESTERINGSACTIVITEITEN                
Materiële vaste activa - ingaande kasstroom                
Verkoopontvangsten bestaande huur, woon- en niet woongelegenheden 19.816 6.112 -2.135 23.793 16.298 3.012 -2.159 17.151
Verkoopontvangsten na inkoop (verkocht onder voorwaarden) - - - - - - - -
Verkoopontvangsten nieuwbouw, woon- en niet woongelegenheden - - - - - - - -
Verkoopontvangsten grond en overig - - - - - - - -
  19.816 6.112 -2.135 23.793 16.298 3.012 -2.159 17.151
Materiële vaste activa - uitgaande kasstroom                
Nieuwbouw huur, woon- en niet woongelegenheden -10.492 -449 806 -10.135 -20.028 -403 - -20.431
Nieuwbouw koop, woon- en niet woongelegenheden - - - - - - - -
Woningverbetering, woon- en niet woongelegenheden -6.367 -995 - -7.362 -8.072 -377 - -8.449
Aankoop woongelegenheden -1.483 -1.245 1.319 -1.409 -933 -1.497 2.159 -271
Aankoop woongelegenheden (VOV) voor doorverkoop - - - - - - - -
Investeringen overig -315 - 10 -305 -70 - - -70
  -18.657 -2.689 2.135 -19.211 -29.103 -2.277 -2.159 -29.221
Financiële vaste activa - in en -uitgaande kasstroom                
- Ontvangsten verbindingen en overig 6.059 - -6.046 13 6.676 5.474 -6.678 5.472
- Uitgaven verbindingen en overig - 1.500 - 1.500 - - - -
  6.059 1.500 -6.046 1.513 6.676 5.474 -6.678 -5.472
                 
KASSTROOM UIT INVESTERINGSACTIVITEITEN 7.218 4.923 -6.046 6.095 -6.129 6.209 -6.678 6.598
                 
FINANCIERINGSACTIVITEITEN                
Opgenomen door WSW geborgde leningen 20.000 - - 20.000 9.000 - - 9.000
Opgenomen niet door WSW geborgde leningen - - - - 2.569 - - 2.569
Aflossing door WSW geborgde leningen -22.946 - - -22.946 -2.786 - - -2.786
Aflossing niet door WSW geborgde leningen -232 - - -232 -211 - - -211
Aflossing interne lening - -6.046 6.046 - - -6.678 6.678 -
                 
KASSTROOM UIT FINANCIERINGSACTIVITEITEN -3.178 -6.046 6.046 -3.178 8.572 -6.678 6.678 -8.572
                 
MUTATIE LIQUIDE MIDDELEN 12.685 3.025 - 15.710 6.245 4.040 - 10.285
WIJZIGING KORTGELDMUTATIES
(Collateral (margin call verplichting))
- - - - - - - -
                 
Liquide middelen begin periode -1.385 10.595 - 9.210 -7.630 6.555 - -1.075
Liquide middelen eind periode 11.300 13.620 - 24.920 -1.385 10.595 - 9.210
MUTATIE LIQUIDE MIDDELEN 12.685 3.025 - 15.710 6.245 4.040 - 10.285

16. Ondertekening

Hilversum, 1 juni
Stichting Dudok Wonen


Directeur-bestuurder,
W.W. Fassotte

    
    
Raad van Commissarissen,
W.D. van Leeuwen, voorzitter

E.L. Özyenici

F.R.M. Rieter

B.G.M. Moesbergen
N. Eijsbroek

17. Overige gegevens

17.1. Voorstel resultaatbestemming

Voorstel resultaatbestemming is om het resultaat ter grootte van positief €  86.653 miljoen in 2022 ten gunste van de overige reserves van Dudok Wonen te brengen.

17.2. Controleverklaring van de onafhankelijke accountant

Versie:
v6.1.1

Met iWink Report maak je professionele online publicaties. Publicaties die je online, in print en als PDF-download kunt aanbieden.

En daarmee voldoe je direct aan de WCAG-wetgeving rond digitale toegankelijkheid.

Eenvoudig, veilig en efficiënt.

Meer over iWink Report